GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 126

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

96

P. G. SMELIK

35—75 % van de patiënten verlichting van het lijden te geven. De suggestie speelt dus een grote rol. Samenvattend concludeert bv. Barber: „Discomfort and suffering are not inevitably associated with noxious stimulation; they appear to be components of a secondary „reaction to" the stimulus (which has been conceptualized as „anxiety" or „fear of pain") which can be minimized or eliminated by opiates, hypnosis, placebos, prefrontal leucotomy, and other procedures" 12). In principe geldt dit alles voor mens èn dier, maar het is duidelijk dat het dier in een geheel anderssoortige situatie t.o.v. zijn omgeving verkeert. Het dier kan een situatie niet analyseren op zijn beangstigende inhoud zoals de mens dat doet; het kan eigenlijk alleen door de persoonlijke ervaring een situatie als direct-bedreigend beleven. Dat de situatie ook bij het dier bepalend is voor de pijnreactie, blijkt uit allerlei waarnemingen. Ratten die geleerd is een pijnprikkel te accepteren om aan voedsel te komen, tonen zich merkwaardig onverschillig voor de pijn. Dieren die in een beangstigende situatie sterk op pijnprikkels reageren, kunnen practisch gevoelloos lijken wanneer ze pijn ervaren in een vertrouwde omgeving en volkomen rustige stemming. Agressie heeft ook een sterk analgetisch effect; vechtende dieren voelen geen pijn. Als de situatie zo belangrijk is, moet dit tot consequentie hebben dat de ervaring van invloed is op de pijngewaarwording. Immers, het dier moet de beangstigende of kalmerende invloed van een bepaalde situatie herkennen. Recente waarnemingen demonstreren het belang van de ervaring op enigszins verbluffende wijze. Honden die gedurende de eerste 8 maanden van hun leven geïsoleerd werden in kooien waarin ze op geen enkele wijze met pijnhjke prikkels uit de omgeving in aanraking konden komen, bleken na deze periode practisch ongevoelig voor pijn te zijn. Ofschoon ze wel op de een of andere wijze wat 'bemerkten', reageerden ze nauwelijks op naaldprikken en op brandende lucifers onder hun snuit; ze snuffelden zelfs aan de vlammetjes, en deden ook geen enkele poging om de pijn te ontwijken. Bovendien lukte het maar in zeer geringe mate om hen de pijnreactie te leren; ze bleken ook naderhand geen behoefte te hebben om bv. onder stroom staande knoppen te vermijden, en gedroegen zich alsof ze zich niet realiseerden dat iets in hun omgeving hen kon bedreigen. 13) Hieruit blijkt dat het pijnbeleven in de vroege jeugd ontwikkeld moet worden in wisselwerking met de omgeving, en dat de pijn dus

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 126

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's