Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 153

eigen studentenmaatschappij op te bouwen met een karakter dat past bij de aard van de

instelling. Bestaande vormen werden eenvoudig overgenomen, met toevoeging van een

enkel christelijk element. Zo vertoonde het type van de vu-student een sterk dualistisch

karakter. "^ Dat alles kon leiden tot innerlijke onzekerheid en onwil zich te uiten. Dat

had wellicht corpsrector A.L. van Schelven in gedachten, toen hij verklaarde vast te ge-

loven dat de liefde voor de Vrije Universiteit in aller harten leefde, maar dat 'velerlei bij-

komstige factoren en een civiele valsche schaamte u weerhouden deze genegenheid altijd

even sterk te toonen'."''

Zo reageren mensen als ze nieuwe, aantrekkelijke dingen op zich afzien komen die

niet passen bij hun levenspatroon, terwijl ze noch spiritueel noch intellectueel zijn toe-

gerust voor een weloverwogen antwoord. Sommigen zullen dan steun zoeken bij de

waarden die ze van huis uit hebben meegekregen. Het grote lustrumfeest van 1930 werd

afgesloten met een fakkeloptocht, die eindigde in het Vondelpark. Daar sprak Colijn de

verzamelde studenten toe, en bij het schemerlicht van de fakkels deed hij een klemmend

beroep op 'jong-calvinistisch Nederland', de strijd straks als nieuwe generatie voort te

zetten, in oprechte trouw aan de calvinistische beginselen. Spontaan en massaal klonk

van alle kanten het ja, waarna allen tezamen zongen: 'Zij zullen het niet hebben, de go-

den dezer eeuw'. 'Voor de meesten onzer is dit oogenblik na zooveel oppervlakkig getier

gewijd tot diepen ernst.'"'

De verslaggever, J. Verkuyl geheten, heeft zich aan de suggestie niet kunnen onttrek-

ken. Hij heeft zijn belofte ook waargemaakt, al zouden de goden der eeuw voor hem niet

dezelfde blijken als voor Colijn. Als eerste corpsrector na de lustrum viering bevestigde

hij het ene zowel als het andere, door een studiebijeenkomst te organiseren over het the-

ma 'Oorlog en vrede'. Sprekers waren de antirevolutionair Schouten, de socialistische

NCSv'er Nico Stufkens, en ds. S.G. de Graaf "^ In 1932 volgde de oprichting van een af-

deling van de ARJA, de antirevolutionaire jeugdvereniging. Ze telde snel meer dan vijftig

leden "3, maar verzandde even spoedig in werkeloosheid, omdat vrijwel niemand bereid

bleek zelf een lezing te houden."'' Misschien lag het toch minder aan de leden dan aan

het gekozen middel, en hadden de studenten hier aan hun disputen genoeg. De jaren

dertig zijn toch de studietijd geweest van vooraanstaande antirevolutionairen als P.J.

Verdam, W.F. de Gaay Fortman, J.H.A.J.S. Bruins Slot, A.M. Donner, W.P. Berghuis

en I.A. Diepenhorst.

Een beroep op de overgeleverde waarden vinden we ook in de Calvinistische Studen-

ten Beweging, kortweg de CSB. Ze werd geboren uit strijd. De oude unie van FQI, NDDD

en SSR bezweek aan de gevolgen van het conflict-Geelkerken. SSR wilde zich als interker-

kelijke vereniging niet binden aan de besluiten van de Asser synode. De behoefte aan

interuniversitaire ontmoetingen van gelijkgezinden verdween echter niet, en daaruit

kwam de CSB voort, die niet meer de overkoepeling van drie studentenorganisaties was,

maar individueel lidmaatschap kende."5 Fraternitas verdween, en werd vervangen door

de Calvinistische Studentenbladen, een gemeenschappelijk ondernemen van FQI, NDDD en

CHRISTELIJKE WETENSCHAP 19261955 149

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen