Het fysiologisch labaratorium VU/VUmc - pagina 37

Gevecht voor het behoud van het verworvene

wordt in 1992 gecontinueerd. Hij bekleedt in de 80-er jaren bestuursfuncties bij Medi-

gon (dan FUNCO) en de Nederlandse Hartstichting en is voorzitter van het eerste EMGO-

bestuur van de faculteit.

De invoering van de voorwaardelijke financiering, waarmee door de universiteit in 1982

een overhaaste start was gemaakt, is in feite een cultuuromslag voor de universiteiten

geweest. Vóór die tijd was het de hoogleraar die bepaalde welk onderzoek op zijn afde-

ling werd gedaan. Voortaan moet onderzoek eerst projectgewijs aangemeld worden,

in tranches, bij een centrale universitaire beoordelingscommissie waarna er door de

minister financiële middelen beschikbaar gesteld zullen worden. Daarbij moet op lande-

lijke basis ook een zekere concentratie in zwaartepunten plaatsvinden. Omdat de Vrije

Universiteit echter intern een ander verdeelmodel hanteert dan het door de minister

beoogde kan de faculteit Geneeskunde in gevaar komen. Knoop bouwt zijn bestuurlijke

invloed uit via lidmaatschap van de universiteitsraad (1982-83), en in het Faculteitsbe-

stuur tijdens de periode van TVC en SKC ("Taakverdeling en Concentratie" en "Selectieve

Krimp en Groei"). In het bestuur Feenstra (1984-87) is hij loco-decaan met portefeuille

financiële en begrotingszaken. Het schrijven van brieven vergt tijd; steeds gaat Knoop

terug naar de uitgangspunten van een zaak en hij citeert daarbij uit de oorspronkelijke

stukken. Het is de periode die bekend staat als "Fysiologie-powerhouse", Fysiologie, de

vakgroep die als enige in de faculteit - naast de Interne Geneeskunde in het ziekenhuis

- drie full-time hoogleraren heeft.

Wat de invoering van de voorwaardelijke financiering (VWF) betreft dient Knoop

meteen in augustus 1982 een project voor 10 fte in, via de facultaire wetenschapscom-

missie en het faculteitsbestuur. Maar er lijkt binnen de prekliniek een stammenstrijd te

zijn ontstaan tussen cardiovasculair en neurowetenschappelijk onderzoek. Dat blijkt

als door de universitaire toetsingscommissie het project wordt afgewezen. Voorzitter

van de universitaire beoordelingscommissie is prof. dr. P.G. Smelik, zelf een uitnemend

onderzoeker op neuro-farmacologisch gebied die mogelijk het onderzoek van de fa-

culteit Geneeskunde vooral in die richting van de neurowetenschappen wil sturen.

Knoop tekent bezwaar aan bij het CvB: het voorstel voldoet aan alle gestelde eisen

en werd in de landelijke beoordeling hoog geclassificeerd. Daarop wordt het project

alsnog gehonoreerd, ook in de volgende tranches, waarmee de onderzoekspositie van

Fysiologie voor vele jaren gewaarborgd is inclusief de bijbehorende personele forma-

tie.

Dat het voortbestaan van de faculteit van de VU wel degelijk bedreigd wordt blijkt

duidelijk uit een brief van de decaan van de faculteit van de UvA aan de voorzitter

van de KNAW (dd 11 november 1986): "Onzes inziens is samenvoeging van beide Am-

sterdamse faculteiten het enig aanvaardbare alternatief' en "De lokatie Academisch

Medisch Centrum ligt voor de hand, alleen daar lijkt voldoende ruimte aanwezig voor

het onderwijs en onderzoek van de samengevoegde faculteit."

Als de directe dreiging is afgewend moet wel toenadering gezocht worden tot de

Universiteit van Amsterdam. Om - naar de wens van de minister - het curriculum van

de beide faculteiten een parallelle opbouw te geven, wordt de ICCA opgezet (Interfa-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen