GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 177

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 177

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

I Tumultueuze veranderingen - 173

den geregeld in het Academisch Statuut van 11 september 1963, dat met ingang van

I september van dat jaar van kracht werd.

Pas in december 1962 besloot de senaat van de Vrije Universiteit o m een commis-

sie in te stellen ter voorbereiding van de 'plaats en taak van de Centrale Interfacul-

teit'. D e wet van i960 bevatte namelijk geen duidelijke bepalingen omtrent de stu-

dierichtingen die in deze interfaculteit z o u d e n w o r d e n ondergebracht. In elk geval

zou de filosofie er een plaats krijgen, maar er werd ook gesproken over psychologie,

algemene taalwetenschap en encyclopedie van de rechtswetenschap.' D e p s y c h o -

logen en pedagogen van de Vrije Universiteit hadden, evenals h u n vakgenoten van

andere universiteiten, al te kennen gegeven dat zij ondergebracht wilden w o r d e n in

een aparte interfaculteit of in een op te richten Faculteit der Sociale Wetenschap-

pen.^ O m d a t over andere disciplines niet meer werd gesproken, zou de Centrale In-

terfaculteit uiteindelijk alleen de wijsbegeerte omvatten.

De naam Centrale Interfaculteit was voor het eerst gebruikt tijdens een vergadering

van de Algemene Nederlandse Vereniging voor Wijsbegeerte in 1954. De ideeën die

de destijds confererende filosofen te berde brachten, werden in de Wet op het We-

tenschappelijk Onderwijs van i960 grotendeels gereaUseerd. De wijsbegeerte werd

in een eigen faculteit ondergebracht en uit de schaduw van de letterenfaculteit ge-

haald. In deze zelfstandige faculteit zou de beoefening van alle onderdelen van de

wijsbegeerte moeten plaatsvinden, evenals een wijsgerige reflectie op de vakweten-

schappen. In verband met deze wijsgerige reflectie zou de Centrale Interfaculteit een

algemeen vormende waarde hebben, omdat zij expliciet aandacht zou besteden aan

wijsgerig-antropologische en ethische vragen die in alle wetenschappen aan de orde

behoorden te komen. Tijdens de parlementaire behandeling verklaarde de toenmali-

ge minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mr. J.M.L.Th. Cals, na-

drukkelijk dat de wet was bedoeld om het inzicht in de eigen aard en methode van

een wetenschap en de samenhang van de wetenschappen te bevorderen. De universi-

teit moest volgens hem meer zijn dan een vakschool voor specialisten. Het was de be-

doeling van de wetgever dat de Centrale Interfaculteit tussen de faculteiten een cen-

trale plaats zou innemen.^ Het centrale karakter van de interfaculteit kwam ook tot

uiting in de mogelijkheid dat studenten met een kandidaatsdiploma in een andere fa-

culteit - en na het met succes volbrengen van een inhaal- of voorstudieprogramma -

toegang konden krijgen tot de doctoraalstudie wijsbegeerte. Ook kwam de zelfstan-

digheid van de interfaculteit tot uitdrukking in de wettelijke bepaling dat een

doctoraat in de wijsbegeerte mogelijk was.

Toen de voorbereidende werkzaamheden waren afgerond, werd op 18 april 1964

aan de Vrije Universiteit de Centrale Interfaculteit ingesteld, waarin al het filoso-

fisch onderwijs en onderzoek werd ondergebracht.'' Sindsdien zou de Centrale In-

terfaculteit een expansieve ontwikkeling te zien geven. H e t studentenprotest en het

streven naar democratisering zouden h u n weerslag o p de faculteit hebben en de Wet

1 Archief senaat. Notulen, 6 december 1962.

2 Wijsgerige sectie van de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte, Notulen, 30 mei 1961, in archief ciF, doos 12.

3 Zie Krop, 'Laat de universiteit meer dan een vakschool zijn', pp. 39, 49-50. O o k Schavemaker, Politici over

universiteit en filosofie, pp. 41-51.

4 Het college van directeuren besloot op 18 april 1964 tot het instellen van de Centrale Interfaculteit; zie Gege-

vens betreffende de Vrije Universiteit, p. 17.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 177

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's