Revue 2001 - pagina 93
immuunsysteem en hun interactie in het ziekteproces van RA zijn nog onduidelijk. Het doel van dit onderzoek was meer inzicht te krijgen in de rol van het psychofysiologische stresssysteem in RA, met name in de rol van het ANS en de HPA-as. Om dit doel te bereiken zijn onder andere de activiteit van de HPA-as en van het autonome zenuwstelsel onderzocht in een groep recent gediagnosticeerde patiënten met RA, zowel in een ambulante setting bij de patiënten thuis als in een experimentele conditie in reactie op gestandaardiseerde stresstaken. Verhoogde activiteit van de HPA-as en het autonome zenuwstelsel, gereflecteerd door verhoogde Cortisol niveaus en verhoogde sympathische activiteit, werd gevonden in patiënten met meer ziekteactiviteit. Cortisol heeft immuunonderdrukkende en ontstekingsremmende eigenschappen. De verhoogde HPA-as en ANSactiviteit is wellicht een adequate reactie op de toegenomen ontstekingsactiviteit om de gewrichtsontsteking te remmen. Chronisch verhoogde activiteit zou op de lange duur echter ongunstig kunnen zijn en een bedreiging kunnen gaan vormen voor het psychofysiologische evenwicht van patiënten. Dit zou nader kunnen worden onderzocht in longitudinale studies. Het is vrij speculatief om praktische implicaties te geven zolang het onduidelijk is of de
langdurig verhoogde HPA-as en ANS-activiteit ongunstig zijn voor lichamelijke reactiviteit, ontsteking, invaliditeit of kwaliteit van leven in de toekomst. Indien de langetermijneffecten ongunstig blijken te zijn, kan er worden gedacht aan farmacologische of andere interventies. Bijvoorbeeld cortisolbehandeling om de ontsteking te controleren en gelijktijdig de HPA-as te ontlasten, en ontspanningsoefeningen en medicatie om de verhoogde sympathische activiteit te reduceren. Voor meer info: caroline_dekkers@hotmail.com
• In december 2000 promoveerde Carine van Schie aan The University of Manchester op het proefschrift 'Biomechanics of the diabetic foot.' Er zijn diverse factoren die bijdragen aan de ontwikkeling van de diabetische voetulcus, zoals perifere neuropatie, perifere vaatziekte, voetdeformiteit, eeltvorming, verminderde gewrichtsmobiliteit en een verhoogde voetdruk. Het identificeren van hoge voetdrukken, gecombineerd met andere risicofactoren voor ulcusontwikkeling, kan helpen om de individuele preventieve behandeling van de patiënt te optimaliseren. Deze preventieve behandelingen zijn erop gericht om de ontwikkeling van voetulceratie en beenamputatie bij diabetespatiënten te voorkomen. Het hoofddoel van dit proefschrift
vrije Universiteit
amsterdam
is daarom de kennis te vergroten over hoe verhoogde voetdrukken ontstaan bij diabetespatiënten met perifere neuropatie en hoe verhoogde voetdrukken kunnen leiden tot de ontwikkeling van diabetische voetproblemen. Deze kennis is nodig om behandelingen die leiden tot preventie van voetulcus en beenamputatie bij diabetespatiënten te verbeteren. In de eerste studie werd de Podotrack, een simpel semi-quantitatief voetdrukmeetsysteem, vergeleken met de Optische Pedobarograph, een computergestuurd voetdrukmeetsysteem. De Podotrack werd effectief bevonden in het identificeren van hoge voetdrukken bij diabetespatiënten. Vervolgens werden verschillen in voetdrukken en in mobiliteit van gewrichten van de voeten en handen onderzocht bij Zuid-Aziatische en Europese diabetespatiënten.
Carine van Schie
De faculteiten
27
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2001
Revue | 128 Pagina's