Studentenalmanak 1960 - pagina 96

E n gelukkig kunnen de Friezen zich nu weer achtergesteld voelen bij de

andere inwoners van Nederland. Immers het uitstel van de inpoldering

der Lauwerszee en de indiening van de Mammoet zijn meer dan voldoende

om iedere rechtgeaarde Fries in het hart te branden: „wês w a c h " .

Het zijn de zaken van deze aard, die de Natie levend houden, die haar

het eigen karakter geven. Wanneer D e n Haag ons niet voor problemen

stelt moeten wij ze zelf zoeken en zijn wij gedwongen tot die algemene

problemen te vervallen, waar iedere studentenvereniging mee worstelt.

D a n komen de vragen op over het gezelligheidskarakter en het studie-

element, het zich bewust maken van eigen cultuur zonder „aan die cultuur

te gaan lijden."

D e opsomming van wat er het afgelopen jaar gebeurd is, moge het boven-

staande adstrueren.

In de statige raadszaal van het zeventiende-eeuws stadhuis van D o k k u m

werd op de Lustrumvergadering het nieuwe bestuur geïnstalleerd, te weten

W. E . Hoekstra, praeses

F . Fennema, ab-actis

K. Postma, fiscus.

Het gebrek aan tegenwerking van de wereldlijke overheid noodzaakte

het bestuur o m de eerste vergadering onder zijn leiding zonder de ge-

bruikelijke lezing te doen verlopen. O p aantrekkelijke wijze k o n deze

leemte opgevuld worden, daar er n o g tien eerstejaars op installatie wachtten

en er nu tijd voor deze installatie beschikbaar was.

Weldra kwam er leven in de Natio doordat de minister van Onderwijs,

Kunsten en Wetenschappen de zogenaamde Mammoet-wet indiende.

E e n reünie en een vergadering werden hieraan gewijd, waarbij de heer

G. P. Hekstra wees op de rampzalige gevolgen, die de aanvaarding en

effectuering van deze wet zal hebben v o o r de drie noordelijke provincies

wat betreft het middelbaar onderwijs. Opnieuw zou ons barbarisme

wachten, temeer daar de V . N . in deze hoek van de wereld geen onder-

ontwikkelde gebieden verwachten.

Korte tijd later werd het probleem „Lauwerszee" urgent. Het was weer

de heer Hekstra die ons de mogelijkheden voor Friese expansie onder

het oog bracht, wanneer er gepolderd w o r d t en daarnaast de wrede dood,

die vele Friezen wacht nu er niet ingepolderd wordt. Immers eens in de

honderd jaar veroorzaakt de Lauwerszee een ramp, alleen het feit dat het

nu al honderd negen en dertig jaar goed gegaan is, kan de regering tot

uitstel van inpoldering bewogen hebben.

N u werd het noodzakelijk o m ons bezig te houden met de vraag of wij

recht op onze rechten hebben. De heer D . Runia meende in een gefundeerde

lezing deze vraag ontkennend te moeten beantwoorden. Een vraag waar-

over ook de leden van onze zustervereniging aan de S.U. het A.S.S.F.S.

„Cygnus Resurgens" h u n licht mochten laten schijnen.

Voor hen, die dit jaar aankwamen hield „ O m k e " M. Koksma een lezing

over de betekenis van de Natio Frisica en het Fries blijven ook buiten

Friesland.

D e reünies waren dit jaar gewijd aan Friese poëten en prozaïsten, terwijl

enkele malen de stichting van universiteit te Leeuwarden ter sprake kwam.

Een jaarverslag van de Natio Frisica zou niet volledig zijn, wanneer de

industrialisatie van Friesland niet even genoemd wordt, ik moge u hier-

v o o r naar de jaarverslagen van mijn voorgangers verwijzen. Dit jaar is

92

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen