GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 6

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 6

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

heeft gedragen. In den Hervormingstijd onderging Nederland van alle kanten invloed. Ook van, Luther en Zwingli en in de laatste plaats naar den tijd gerekend pas van Calvijn. Maar de laatste heeft de beide eersten radicaal overvleugeld en uit den strijd voor de vrijheid is Nederland als een Calvinistische natie te voorschijn getreden. Het Calvinistisch levensbeginsel moet dus wat ons volksbestaan betreft op het Christelijk terrein het recht hebben om het eerst en het meest invloed uit te oefenen op het volksbestaan. Dat is in feite niet 200, maar het ideaal mag niet worden losgelaten. Anders verloochenen we de geschiedenis. Men wil in dezen tijd den invloed van het Calvinistisch beginsel het hefst het zwijgen opleggen. En iiïplaats van dat men teruggrijpt naar het begin van onze historie, schermt men dan met een gekleurde beschouwing der geschiedenis van het laatst dër 19e en begin der 20e eeuw. Men stelt het wel zoo voor, dat het de tijd was der emancipatie. Het socialisme trachtte de volksmassa, beter gezegd de arbeiders mondig té maken en Kuyper deed dat voor de kleine luyden, zooals dé Calvinisten toen en nu nog wel wat verachtelijk genoemd worden. Men trekt een parallel tusschen opkomend sociahsme en de doleantie. |a, er zijn beschouwingen, die de motieven van deze laatste beweging geheel en al, evenals het socialisme uit de broodvraag verklaren. Tn het een tiental jaren geleden verschenen boek van Theun de Vries: ,.Stiefmoeder aarde" staat ergeiis een passage over de menschen der doleantie. Dat geldt dan in het biiaonder va{i Friesland:

y

,,Ja, dat waren de kleine luyden, van doctor A. Kuyper, verdrukte hongerlijders, pachtertjes, verarmde renteniertjes, verachte arbeidertjes in de achterlanden, die zagen dat de wereld verdorven was en die 'naar verandering snakten zonder dat ze wilden scheiden van Gods Woord met zijn troost- en heilbeloften; die een andere broederschap begeerden in den lande, zooals de oude lauwe kerk met zijn rangen en klassen en standen ze niet geven wou . . . . Dat was de opstand van de eeuwenoude legende: het uitverkoren volk Gods, dat de wèt gehoor* zaamt en de geboden, dat de i;empel reinigen zal en herstellen.... En ook dit alles leed de honger, de zorg voor het veege lijf, die het bestaan en de gedachten ondermijnt, en de mensch terugjaagt naar zijn oerangst, zijn eerste hoop, siiids de geboorte van de wereld, de hunkering naar eeö gerechtig

God", een hiernamaals, een verlossing van de ongelijke strijd op aarde." Is dit niet teekenend? Geen spoor van de erkenning van de groote waarde van de opleving der Calvim'stische beginselen, geen spoor van waarachtigen historischen zin, die rekening houdt met de vormende kracht van het Calvinisme op ons volksbestaan. Het wordt nu politiek netter gezegd. Men spreekt van emancipate. Maar, omdat dit woord ook toegepast wordt op de bewustwording van de arbeidersklasse, kleef#er een luchtje aan. Men wil de noodzakelijkheid van de emancipatie wel erkennen, maar concludeert dat deze nu voltrokken is. Vergeten wordt om de andere noodzakelijke consequentie te trekken. Als Kuyper het Calvinistisch volksdeel weer geëmancipeerd heeft, heeft dat volksdeel, gelet op onze wordingsgeschiedenis als volk en staat, recht van spreken en mag het invloed uitoefenen op ons volksbestaan van heden. Dat mag niet overgelaten worden aan een verwaterd Christendom, maar zal moeten geschieden .door een Christendom, van een bepaald type. En dat is voor ons land het Calvinisme. Daar levert de historie het bewijs voor. En nu verstaan we, dat Geesink voor het Calvinistisch beginsel, als materieel denkbeginsel en grondslag van wetenschap, een universitair leven eischt, om daarvoor de actie uit dat beginsel m ons volksbestaan te sterken en te veredelen. W. J. MEISTER

JEUGD en Vrije

Universiteit

In het Octobernummer van ons blad werd mede deehng gedaan van een poging van Directeuren om onze jeugd nauwer aan haar Universiteit te binden en de daartoe met de besturen van beide jeugdbonden geopende Correspondentie. Het bestuur van den Bond van Jongelingsvereenigingen op Gereformeerden grondslag deelt in antwoord op den brief van Directfeuren mede, dat het ,,het belang van de Vrije Universiteit ten volle inziet. In het verleden — zoo schrijft de secretaris — hebben wij onze jonge menschen meer dan eens op' gewekt, hun krachten te willen geven voor het werk voor de V.U. Ook nu hebben wij er geen bezwaar tegen b.v. in het Jongelingsblad weer eens op het groote belang van de V.U. te wijzen." Het Bestuur van den Bond van Meisjesvcreem'gingerï op Gereformeerden grondslag lieeft eveneens een'

1774

/,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 6

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's