GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1948 - pagina 35

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1948 - pagina 35

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

IS PROPAGANDA voor de Vrije Universiteit NOG N O D I G ? * Voor beantwoording van de vraag, of het nodig is nog propaganda voor de Vrije Universiteit te maken, wil ik rekenen met tweeërlei achtergrond, die zij hebben kan. Het is verklaarbaar dat met een toon van verwondering, van teleurstelling ook, soms gevraagd wordt: moeten we voor de V.U., geloofsstuk als we haar graag noemen, propaganda maken? Nu nog, nadat zij bijna 70 jaren haar zegen-, rijken arbeid onder ons kon verrichten? Propaganda maken voor deze stichting, in een kring van Gereformeerde b'elijders, die met volle hand de vruchten van haar werk plukte en die niet het minst door haar invloed kreeg? Voor een Universiteit, die nationaal en internationaal van zo onschatbare betekenis is geweest voor de verbreiding en doorwerking v a n de beginselen die ons dierbaar zijn? Verwondering en teleurstelling in die vraag moge verklaarbaar zijn, we zullen toch, ook als we haar zo stellen, bevestigend moeten antwoorden. Propaganda voor de Vrije Universiteit is nog nodig. In de eerste plaats hierom, dat,we met haar nog niet zijn waar we wezen moeten en komen willen. Zeker, we hebben een" universiteit. Maar als we het zo zeggen, is dat toch eigenlijk maar een halve waarheid. Zou het niet juister zijn om te zeggen: We zijn bezig een universiteit te bouwen? Van dat gebouw zijn voor nu ongeveer 70 jaar de fundamenten reeds gelegd. Moeizaam en volhardend werkende, is steen na steen aangedragen. De muren van het bouwwerk rijzen. Een deel,' een centraal deel van het huis is reeds bewoonbaar en daarin wordt gewoond en gewerkt, hard gewerkt ook. Maar, af? j We weten beter. We zijn ons bewust dat aan het hoofdgebouw nog veel gebeuren moet en dat volgens het bestek voor een universiteit nog verschillende vleugels zullen moeten worden bijgebouwd. ~. Toch moet het gebouw af! We zullen niet mogen rusten en tevreden zijn, voor dat bereikt is. We vierden voor enkele weken Paasfeest, de triomph van den Christus. E n onze Koning, aanjwien * Toespraak, door den heer Faber gehoudea voor een vergadering van medewerkers te Hilversum en op verzoek van enkele aanwezigen in om" blad opgenomen.

alle macht gegeven is, wil óók op het terrein der wetenschap zijn overwinningsfeest vieren. Wij mogen t o t de voorbereiding daarvan medearbeiders zijn. Helpers in den strijd, die er toe moet leiden dat de christelijke beginselen doorwerken in heel het leven. Het spreekt vanzelf dat ik in dezen kring van medewerkers in de V.U.-actie niet trachten zal de betekenis van een Calvinistische universiteit te schetsen. Alleen wü ik vaststellen: onze t a a k . Uw werk als correspondenten en comitéleden, als hoofden en helpsters in de busjesactie is vooral dit, dat die betekenis aan ons volk wordt bijgebracht. f Is dat inderdaad nog nodig? Laat ik U, naar aanleiding van deze vraag, mogen voorlezen een brief, die in April 1948 uit Uw eigen gemeente bij ons bureau binnenkwam. D e ' briefis een antwoord op een schrijven, waarin bezoek van comitéleden om over de V.U. te spreken, werd aangekondigd, en heeft deze inhoud: ,Hierbij doe ik U het mij toegezonden schrijven toekomen, met het verzoek om van verder-e bezoeken en verzoeken omtrent steun verschoond te blijven, daar mijn inkomen juist voldoende is om mij en de mijnen het hunne te geven. Aan het principe, de massa is juist goed genoeg om de intellectuelen te onderhouden, doe ik niet mede. Het is daarom dat ik elk verzoek om steun hoe klein ook afwijs. Hopende van verdere correspondentie verschoond te blijven, verblijf i f e . . . . ' Is een brief als deze uitzondering? J a , gelukkig wel. Althans, in woorden. Maar, zou de houding, die uit dezen brief spreekt, ook uitzondering zijn? Alleen reeds de Gedeformeerde Kerken in Nederland tellen, laten we zeggen, 160.000 gezinnen v a n Gereformeerde belijders. De buiten het kerkverband der Gereformeerde Kerken levende gezinnen van Gereformeerde belijders zijnmoeüijk te schatten, maar vormen ook een hoog aantal. Van al die gezinnen zijn thans i 65.000 in de V.U. registers ingeschreven voor een vaste'bijdrage aan de universiteit die uit de Gereformeerde beginselen leeft en werkt. Die bijna 100.000 gezinnen uit de Gereformeerde Kerken, en die niet te schatten duizenden andere gezinnen van Gereformeerde belijders, waar zijn ze en waarom hebben wij ze niet? Als we deze dingen bedenken, zullen we niet meer zo grif de houding van den aangehaalden briefschrijver als uitzondering zien. Gelukkig, m a a r weinigen zullen het zö egoïstisch-materialistisch durven zeggen, maar zou het niet bij zeer velen zó zijn, dat de betekenis, die de Vrije Universiteit voor ons volk in zijn geheel heeft, nog niet is doorgedrongen ? 1887

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

VU-Blad | 113 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1948 - pagina 35

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

VU-Blad | 113 Pagina's