GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 509

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 509

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

dergenen die haar omringden.

Kende zij ze?

eeuwen achtereen niet hadden moeten hebben van de zogenaamde aanzienlijken, maar van 'het gewone volk'. Maar er was ook een gevoel van solidariteit, deernis vaak en een behoefte voor deze mensen een gids te zijn. Dat woord 'gids' in dit verband is van haarzelf. Onder de gereformeerden waren veel 'kleine luyden' en dat gaf van Wilhelmina uit een band met hen. Al kon zij uiteraard beter echt praten met gereformeerde patriciërs en andere vooraanstaande gereformeerden. Wilhelmina had een felle interesse voor vissers, schippers, boeren en middenstanders. Die waren onder de gereformeerden talrijk.

Puritein Wilhelmina, die een puritien was, voelde zich aangetrokken tot de sobere levenswijze van de meeste gereformeerden. Zij gaf met schier antieke waardigheid staatsiediners, gala-bals en ontvangsten, maar ze leefde helemaal op bij picnics in de bossen en als ze bij eenvoudige lieden op bezoek was. Wilhelmina dacht wat de zede betreft op sommige punten anders dan de gereformeerden van weleer. Haar opvattingen over de zondagsbesteding waren bijvoorbeeld anders. Zij ging zondags één keer ter kerke en ze was eens verbijsterd toen zij schaatsend op zondag, vermanend door gereformeerde kerkeraadsleden werd toegesproken. Zij bond toen

de schaatsen af en gaf haar gevolg opdracht dit ook te doen. Zij zag er voor zichzelf geen enkel bezwaar in om op zondag te werken. Van haar personeel vroeg zij die dag een minimale prestatie. Vooral omdat zij zeer beducht was godsdienstige gevoelens te kwetsen. Op dit punt was zij altijd zeer alert. Toen zij een keer op een zondag schilderend werd aangetroffen en duidelijk was dat men daar aanstoot aan nam, pakte zij haar gerei en ging , weg. Om vervolgens een briefte laten sturen dat zij het betreurde ergernis te hebben gegeven. Wilhelmina dacht bepaald anders dan de gereformeerden van weleer over dansen. Zij hield zelf niet van dansen - had het dan ook op een ellendige manier geleerd, ze kreeg les met één meisje!, maar een souverein moet bals geven. En tegen theaterbezoek keek zij ook anders aan dan de gereformeerden. Zij dacht anders over Calvijn. De dood van Servet zat haar heel haar leven hoog. Zij dacht ook anders over de oecumene dan de gereformeerden van vroeger. Haar denkpatroon ten dezen klopte goed met dat van John Mott met wie zij tientallen jaren contact had. Zij leefde bijna als een oorlogsverklaring tegen het intellectualisme en rationalisme op het gebied van de godsdienstbeleving en die ismen waren sterk in het gereformeerde land. Die agressie van haar vond haar oorzaak in haar jeugd, toen zij haar geloof bijna niet kon redden tegenover het rationahsme van velen

Kende koningin Wilhelmina de gereformeerden? Beter dan menigeen dacht. Zij had weliswaar in haar hofhouding weinig gereformeerden, er was ook geen schare gereformeerden die tot adel of patriciaat behoorden en daaruit werd het hof goeddeels gerecruteerd, maar wel veel gereformeerd personeel en met sommigen hunner praatte ze. Zij had behalve het Koninkrijk der Nederlanden haar eigen koninkrijkje in de Veluwse bossen en daar woonden vele mensen van de gereformeerde gezindte. Zij wist werkelijk goed wat er in die dorpen van haar omging. Ze kende ook zeer vele inwoners persoonlijk. Nadat de koningin, al op betrekkelijk jonge leeftijd begrepen had dat zij alleen uitgezeefde post ontving, nam zij maatregelen die haar garandeerden, dat zij een echt beeld kreeg van wat er aan correspondentie voor haar binnenkwam. Die correspondentie was voor een belangrijk deel van de zogenaamde 'kleine luyden'. En protestanten schreven haar gemakkelijker dan katholieken. Of koningin Wilhelmina het levensaroma van de gereformeerden van haar dagen echt heeft geproefd, weet natuurlijk niemand. Maar ze begreep ze wel en ze had echt wat met ze op. Ze wilde als vorstin pertinent geen voorkeuren hebben voor bepaalde volksgroepen en ze had ook geen voorkeur voor gereformeerden, maar ze had echt wat met ze op. Dat had er ook mee te maken, dat ze paladijnen van de landsverdediging waren, dat ze, al ging de leuze God-Nederland-Oranje haar wat ver (zij vond dat een geslacht niet in een adem met Hem die het ontoegankelijk licht be-

41

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 509

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's