GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 123

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 123

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

magazine

Deze waardering van menselijke tijd biedt de gelegenheid het begrip uitbuiting veel ruimer te nemen dan waarschijnlijk door Karl Marx werd bedoeld. Hij noemde het zich toeëigenen door de kapitalist van de door de arbeider geproduceerde meerwaarde uitbuiting. Eigenlijk eigende de kapitalist zich daarmee een stuk levenstijd toe van de arbeider. Zeer ruim genomen kan men uitbuiten omschrijven als het verknoeien of stelen van de tijd van een ander, die tijd zodanig in beslag nemen dat zij waardeloos is voor de eigen menswording van die ander. Deze meer fundamentele benadering van het probleem van de uitbuiting laat toe ook vele vormen van uitbuiting te zien buiten de economisch bepaalde klasseverhouding. Ook zonder economische noodzaak kan de uitgebuite arbeider op zijn beurt zijn vrouw en kinderen uitbuiten. Als wij uitbuiting - dat wil zeggen vervreemding van tijd - in dit verband brengen met vervreemding, dan zien we in dat in elke samenleving het gevaar van uitbuiting dreigt, ook in de socialistische maatschappij.

er op dat ook in vele zogenaamde vrijetijdsbezigheden het arbeidsaspect, het 'totstandbrengen waar anderen behoefte aan hebben' niet ontbreekt. Hij signaleerde dat in de Nederlandse bedrijfsgeneeskunde een zo sterke voorkeur bestaat voor het 'belastingmodel ('hoeveel kan een mens hebben') dat aan andere benaderingen nauwelijks aandacht wordt geschonken. Aanvankelijk had de bedrijfsgeneeskunde alleen oog voor de schadelijke effecten van overbelasting. De laatste jaren wordt ook gelet op onderbelasting op grond van de overtuiging dat 'n bepaalde, optimale belasting gunstig en noodzakelijk is voor het menselijk functioneren. Prof Kuiper wilde het nut van het belastingmodel niet in twijfel trekken, maar wees er wel op dat niet de eigenschappen van de mens in dit model centraal staan, maar de gegevenheid van de situatie. Hierdoor heeft het model zijn beperkingen voor een welzijnsbeleid in de arbeidssituatie.

Hij bepleitte daarom ook andere benaderingen te gaan gebruiken, die primair uitgaan van de geaardheid van de mens, een wezen wiens basisbehoeften bevredigd moeten worden. Die bevrediging kan 'n tijdje worden uitgesteld, maar er is 'n limiet die niet zonder schade aan de mens kan worden overschreden. In het belastingmodel staat de arbeid zelf centraal. Aan de mens wordt een opdracht verstrekt, een last opgelegd. Deze benadering leidt wel tot 'n humanisering van de arbeid, omdat rekening wordt gehouden met de kwetsbaarheid, de breekbaarheid van de mens, maar het gaat om de arbeid. Prof Kuiper achtte die benadering legitiem. Het werk moet worden gedaan, de mens functioneert in de arbeidssituatie in de eerste plaats als sociaal wezen. Het belastingmodel wil echter de garantie scheppen dat hij er niet aan kapotgaat. Bij het behoeftemodel staat centraal de mens,

mpb3 -Qf^e'+r f ieferiell

Menswording Toegepast op de verhouding van de mens tot zijn arbeid kunnen we zeggen dat de menselijke waarde van de arbeid ligt in zijn betekenis voor de persoonlijke menswording van de mens die deze arbeid verricht. Als hij deze waarde niet heeft, dan kan men die achteraf niet verlenen door aan de waardeloze arbeid een stukje vrije tijd toe te voegen, waarvan de menselijke waarde overigens ook nog in twijfel mag worden getrokken. De indeling in werktijd en vrije tijd is om deze reden reeds irrelevant.' Hierna zette prof Kuiper uiteen dat de mens zowel in de zgn. werktijd als vrije tijd behoefte heeft aan een harmonieuze afwisseling van activiteit en rust. De schommelingen in activiteit dienen te verlopen binnen dikwijls enge grenzen. Worden die door een of andere inspanning licht overschreden, dan zorgen regulatiemechanismen voor een spontane compensatie. Idealiter zou de arbeid zo geconstrueerd moeten zijn dat de werkende mens genoeg zou hebben aan deze spontane compensatie. Maar dit is waarschijnlijk slechts het geval bij de niet al te grote groep van mensen die hun eigen werk kiezen en in eigen tempo uitvoeren. Dat lukt de meeste mensen niet en voor hen moet dan 'n opzettelijke compensatie tot stand worden gebracht. Voor vrije tijd en werktijd geldt naar de mening van prof Kuiper ook dat ze 'n spelaspect, 'n educatie-aspect en een arbeidsaspect zullen moeten bevatten. Tijd, waarin activiteiten worden verricht, waaraan een van deze aspecten ontbreekt, mag eigenlijk niet 'menselijke tijd' worden genoemd. Hij wees

^e werkeloze hnSen c^/g^rente^e^ i5 een h^tèe|óze. k|^(^|o^>er.'/ hu heeft 4eze. Week ^eeJn rn^^^ f i ^ e^ oiA4e^ KKjenSev) 'h c;|e^MMrt wqar ^>ü wooht ^ekkki^ gem-^^kt,

^Cr^ptfS^

IM^^^

33

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 123

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's