GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 241

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 241

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

nationaliteiten behoren, een publiel<:e opinie in een of andere natie weiice ool( door liaar Calvinistische vertegenwoordigers gedeeld wordt, zal blijken revisie te behoeven. Het Calvinistische Congres in Zuid-Afrika heeft aan die o.i. noodzakelijke eis volkomen beantwoord. Het heeft zich niet doen kennen als afdeling van een Internationaal Congres, waarop alleen onderwerpen worden behandeld, welke van belang zijn voor het Calvinisme over heel de wereld. Neen, het was typisch Afrikaans. Gelijk hier gesproken werd, kan op geen Congres in enig ander land worden gesproken. Het koos zijn eigen pad. Het duidelijkst kwam dit wel aan het licht bij een kwestie, welke uiteraard in Afrika heel sterk leeft en op een Calvinistisch Congres in een der Europese landen niet licht aan de orde zou komen. Wij bedoelen het rassenvraagstuk. En dan gaat het niet over het verschil van Engelsman en Afrikaan, maar over dat tussen blank en bruin. Onze Afrikaanse broeders komen dagelijks met het gekleurde ras in aanraking. De vraag is er niet van de lucht: welke behoort onze houding tegenover de kleurlingen te zijn. Bij ons, die slechts verre toeschouwers zijn, kan het wellicht verwondering wekken, dat die kwestie nog niet is opgelost. Toch zou het geheel verkeerd zijn, wanneer een Calvinistisch Congres in Nederland bv. aan de Calvinisten in Zuid-Afrika zijn zienswijze poogde op te dringen. Hoe de Calvinisten in Zuid-Afrika over die kwestie denken kwam op het gehouden Congres ondubbelzinnig tot uiting. Met name voor de vaststelling in Bloemfontein dat Abraham Kuyper (vóór bloedmenging) géén Afrikaanse Calvinist was, vraagt Hepp de aandacht. 'Die enkele woorden wijzen misschien meer dan alle gehouden redevoeringen uit, hoe zuiver nationaal, hoe echt Afrikaans dit Congres was. Dat niet alle Calvinisten het met deze beschouwing eens zullen zijn, legt aan de internationale samenwerking geen beletsel in de weg.' Het feit, dat in Zuid-Afrika dan toch maar de daar bij blanken levende rassenopvattingen ' 'n eis van die Kalvinisme' (en van die Sl<rif) zijn genoemd, wordt opgelost geacht met de introductie van twee soorten beginselen. De Calvinisten hebben 'de primaire beginselen met elkaar gemeen. Er kan alleen verschil bestaan over secundaire beginselen'. Kortom, zo laat Hepp's standpunt zich vertalen, voor de Calvinistische Internationale was de rassenproblematiek niet van belang. De Zuidafrikaner calvinisten mochten geloven waar ze zin in hadden, 't Ging hier toch maar om 'n 'secundair beginsel' van regionaal belang. In ieder geval twijfelt hij niet aan het Calvinist-zijn van de Zuidafrikaners, al moet het ook weer niet worden overdreven. 'Ds. J. Du Tolt noemde het een algemeen erkend feit dat het Zuidafrikaanse volk in zijn wezen en wording calvinistisch is. Maar hij gaat niet zover als d'Arbez die schreef dat nergens op aarde het werk van Calvijn sterker leeft dan in Zuid-Afrika en verklaarde, dat, zo Calvijn heden ten dage uit zijn onbekend graf aan het meer van Geneve zou kunnen opstaan, het verre

Zuid-Afrika ongetwijfeld het enige land zou zijn, waar hij de grondbeginselen van de leer waarvoor hij had geleefd en gestreden nog zuiver en onvervalst van kracht zou vinden.' (De Reformatie, 29 november '29). Dat gaat Nederlandse calvinisten te ver. 'Voor zulk chauvinisme blijve het Calvinisme in elk land behoed', waarschuwt prof. Hepp. Zijn collega van de VU H. H. Kuyper had in een lezing in 1924 de Zuidafrikaanse gereformeerden trouwens reeds over Nederland gemeld: 'het zaad dat Calvijn's hand uitstrooide, heeft nergens dieper wortel geschoten en rijker vruchten gedragen dan bij ons'. Nederland laat zich de leidende rol zomaar niet afpakken. Wel houden op hun beurt Amerikaanse Calvinisten de Nederlanders weer in de gaten als al te vanzelfsprekend wordt aangenomen dat de Vrije Universiteit het Moskou van de Calvinistische Internationale moet worden. Zo spreekt dr. H. Beets in 'The Banner' zijn verwondering uit, dat de circulaire van de Zuidafrikaners van 1928 melding maakt van plannen om de viering van het 50-jarig bestaan van de VU oktober 1930 te koppelen aan het internationaal calvinistisch congres. Hij weet van niets. Wat is daarvan de bedoeling? Hepp stelt hem gerust. Het is allerminst de bedoeling om de VU tot een sjibboleth van internationale calvinistische samenwerking te maken, 't Was een hoogst persoonlijk ideetje van hemzelf om die gebeurtenissen te laten samenvallen. De Zuidafrikaners hadden dat eigenlijk nog niet mogen publiceren. De gedachte was, dat bij het VU-jubileum er waarschijnlijk tóch veel calvinistische afgevaardigden uit allerlei landen zouden overkomen. Als daar nu meteen een congres aan gekoppeld werd, dan scheelde dat in de kosten. Het zou het geringste probleem zijn, dat rond de eerste Calvinistische Internationale rees. In Nederland hing nog de kruitdamp van de synode van Assen (schorsing en afzetting Geelkerken). Ds. J. G. Geelkerken preekt ondanks de synodale schorsing en wordt afgezet (1926).

1

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 241

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's