GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 196

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 196

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

U&SCS

]ff} magame 18

CDA. Zo werd naar aanleiding van het CDA-rapport ..Grondeigendom en grondbeheer", waarvan prof. Den Haan de geestelijke vader is, unaniem uitgesproken ,,ln een christen-democratische visie dienen zowel de gemeenschapseigendom als de individuele eigendom overeenkomstig de schriftuurlijke gedachte te worden gezien als een rentmeesterschap, een zorgvuldig beheer over de gegeven schepping: daaruit vloeit voort een centraal stellen van het beheer over de grond." En zo kon men dan op 3 maart in de Kamer het KVPkamerlid De Bekker in zijn betoog, dat uitliep op de aankondiging van een crisissfeer scheppend amendement horen zeggen dat de mens ,,rentmeester en beheerder van de grond is." Wel maakte het principiële a.r.-zinnetje sterk de indruk naderhand te zijn ingelast in een reeds geschreven KVP-betoog, want de logika in de gedachtengang van de heer De Bekker begon vervaarlijk te rammelen. Letterlijkzei hij: ., Eigendom — ik heb het al eens eerder hier in deze Kamer gezegd — draagt bij tot persoonlijkheidsvorming. Het vraagt echter ook verantwoordelijkheid van de mens tot de gemeenschap en tot zijn Schepper in wiens belang en opdracht hij naar onze visie en levensbeschouwing rentmeester en beheerder van de grond is. Dat wil geenszins zeggen, mijnheer de voorzitter, dat pachten van grond minder zou zijn dan eigenaar ervan ". Tussen de r.k. visie op de eigendom en de prot. christelijke is verschil. Terwijl reformatorisch Nederland veel meer in de bijbelse openbaring denkbeelden zocht omtrent de eigendom, baseert ,,Rome" zich veel meer op het natuurrecht". Kunnen anti-revolutionairen o.a. terugvallen op uitspraken van Kuyper in 1 8 9 1 , KVPers hebben vanuit datzelfde jaar de encycliek Rerum Novarum of uit 1931 de encycliek Quadragesima Anno, waarin de particuliere eigendom wordt verdedigd. Of het verschil in uitgangspunt problemen zal opleveren, IS een niet duidelijke zaak. Aantjes vertelt in een VN-interview (2 april) dat het hem in toenemende mate stoorde dat er binnen het CDA geen principiële stellingname te onderscheiden viel over de grondpolitiek. ,,Van Agt en ik hebben daar wel eens over gepraat. Wij kwamen tot de conclusie dat de

meest fundamentele vraag met betrekking tot eigendom, die naar de sociale functie is. Beschikkingsrecht is niet primair, de functie van de eigendom in de samenleving is primair. Goudzwaard heeft het begrip rentmeesterschap ingevoerd. Van Agt wilde volgens mij wel iets met de grondpolitiek, evenals Boersma en De Gaay Fortman." Al diende het begrip „rentmeester" reeds in Kuypers dagen om de christenen te behoeden voor onschriftuurlijke Romeinse eigendomsopvattingen, dit nam niet weg dat deze laatste opvatting „zoal niet theoretisch, dan toch praktisch nog steeds in talrijke, zelfs ook Christelijke kringen gehuldigd wordt," dacht prof. Brillenburg Wurth in 1948 in een referaat voor het CNV. In ieder geval riep het begrip (o.a. door De Gaay Fortman benadrukt) soms enige argwaan op. Wat bedoelde men daarmee? Ons Platteland (CBTB) raakte in 1950 in discussie met De Gids (CNV). Ons Platteland: „leder erkent, dat de mens slechts rentmeester is over zijn goed. Het verschil ligt hier echter in de vraag wiens rentmeester hij is. Naar onze mening is God de Bezitter van alle eigendom en is de mens rentmeester van God. Velen maken echter op grond van 's mensen renmeesterschap de wonderlijke gedachtensprong dat hij rentmeester van de Overheid zou zijn." De Gids (Ftiykschot): „Indien hiermede op ons wordt gedoeld, dan willen wij wel zeggen, dat naar onze opvatting de Overheid Gods dienaresse is. Indien nu hij, die rentmeester van God is, zijn rentmeesterschap misbruikt om zijn naaste te benadelen of te onderdrukken, dan mag men toch niet zeggen: Dit gaat de Overheid niet aan, want de mens is rentmeester van God en niet van de Overheid. Is dan de Overheid niet ingesteld om der zonde wil? En is het niet een zonde van de eigenaar, die diep in het gemeenschapsleven invreet, wanneer het rentmeesterschap wordt miskend?" De discussie wordt door mr. W. Brak aangehaald in een brochure „Eigendom en rentmeesterschap" (1952) waarin gesteld wordt dat Fuykschot juridische en ethische normen verwart. Dat is gevaarlijk. Dit kan

wm

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 196

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's