GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 333

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 333

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

•• 1^ magazine 23 te zijn met wat men bij een catastrofaal kortstondig gebeuren zou mogen verwachten, maar met allerlei processen zoals w e ze ook vandaag in onze eigen ervaringswereld in de levende werkelijkheid kennen, zodat het historisch geologisch kenproces steeds meer een proces werd van herkennen van wat we in ons eigen leefmilieu vinden of al gevonden hadden. De christen-geoloog die serieus met de documenten van een historisch geologisch verleden van de aardkorst bezig geweest is, is in de loop van de geschiedenis tot de slotsom moeten komen datwanneer hij zijn ogen mag geloven er geen andere conclusie mogelijk is dan een geschiedenis van lange duur, heel hoge ouderdom van de aarde, van het leven op aarde en alles wat daarmee samenhangt. Alleen zó passen alle stukjes van de legpuzzel in elkaar en vormen de plaatjes op de plankjes van die legpuzzel één samenhangend beeld. Geloven wat hij ziet, zijn eigen ogen geloven, is in dit geval ook correlaat met het betrouwbaar zijn van de informatie die wij uit de documenten in de aardHans Baidung Grien (1484-1545) De zondvloed

korst aflezen. Wanneer wij fossiele vissen vinden gaan w i j er van uit dat dat dan ook echt vissen w a ren, dieren die in water hebben geleefd en geen vogels die in de lucht vlogen, bij wijze van spreken. Wanneer wij fossiele rolsteenafzettingen vinden met niet-geoxydeerde pyrietrolstenen erin, gaan we ervanuit dat w e danook mogen concluderen: de atmosfeer moet in die tijd geen of zeer weinig zuurstof hebben gehad, w a n t bij een zuurstofhoudende atmosfeer kunnen geen glanzende pyrietrolstenen in rivieren gevormd worden. Met andere woorden: de wetten van chemie van scheikunde en biologie mogen niet veranderd zijn, anders is mijn wetenschappelijke kennis die ik in het heden verwierf niet van toepassing in het verleden. Maar

dat zou inhouden dat betrouwbare kennis van een geschiedenis van de aarde helemaal niet mogelijk was. Maar juist als christen die gelooft een cultuurtaak in de wereld te hebben, óók in de geologische w e tenschap, kom ik dan voor het punt te staan dat ik moet belijden dat God een betrouwbare God is ook in de structuren van zijn openbaring in de documenten in de aardkorst, en dat de mens niet bedrogen wordt wanneer hij in de structurele orde van de vergane wereld, de structuren van zijn eigen wereld herkent en meent daaruit betrouwbare conclusies te kunnen trekken. in de discussie met de fundamentaiisten heeft men mij voor de voeten geworpen: w a t zou die Van de Fliert profeteren met zijn door de zonde bedorven ogen tegen een betrouwbaar woord van de hoge God? En ik heb die opponent moeten antwoorden met het schriftuurlijk gegeven dat God mij in zijn Woord ook zegt dat hij mij en mijn ogen goed geschapen heeft en dat Hij mij rekenschap zal vragen of ik die ook goed gebruikt heb op de plaats en in de tijd waar Hij mij heeft gesteld. En daar blijkt al even tussendoor dat ook de visie op de zondeval een geweldige rol speelt in de discussie, en daarmee opnieuw de vraag: w a t is de inhoud van die zo fundamentele eerste hoofdstukken van Genesis. Maar, zal men zeggen, die fundamentalisten zijn toch ook geen wetenschappelijke idioten, Ouweneel is bioloog, gepromoveerd, en onder de duizenden medestanders van de Creation Research Society in Amerika, telt men vele doctoren en professoren uit allerlei vakgebieden. Hoe kan dat dan? Hoe onbegrijpelijk het mij persoonlijk ook voorkomt, ik kan eenvoudig niets anders concluderen dan dat verreweg de meeste van deze mensen óf deskundig (heten te) zijn op een ander vakgebied en de euvele moed opbrengen over geologie te schrijven, met 'n pretentie die zij op grond van hun vakwetenschappelijke kennis nooit zouden mogen hebben, of — instee van betrachting van een bescheidenheid die uit een echte wetenschappelijke wijsheid voortkomt—schrijven zonder grondige en diepgaande kennis van de geschiedenis van de geologische wetenschappen en van de filosofie, de wijgerige grond en grensvragen, van deze w e tenschappen. Gebrek aan kennis dus, maar die niet als zodanig wordt herkend of erkend. Integendeel, men meent wel degelijk kennis te hebben van de geologie en wel zeer fundamentele en betrouwbare: uit de Bijbel! Als men zó God aan zijn zijde heeft, wat zal die z.g. wetenschap dan nog? Wat w i j hier vanuit voorzichtig wetenschappelijk standpunt een onbegrensde brutaliteit en pseudowetenschap noemen, zijn voor hen de bouwstenen van de geologische geschiedenis, die God zelf in zijn Woord heeft aangereikt. Welnu, vanuit dat geloof leest men dan b.v. in wetenschappelijke literatuur ergens dat er recente stollingsgesteenten zijn gevonden waarop de meest betrouwbaar geheten radioactieve ouderdomsbepalingsmethoden zijn toegepast en wat was het resultaat? Een berekende waarde voor deze jonge gesteenten van vele miljoenen jaren I En wat is dan de conclusie die getrokken wordt?: die

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 333

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's