GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 16

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 16

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

l ^ magame 14

aanpassing van de bestaande wetgeving, die metterdaad het welzijn van alle rechtsgenoten beoogde, sterk bemoeilijkt. Hier staat tegenover, dat de zes indieners én in hun voorstellen alsook in hun verdediging geen aanleiding hebben gegeven om — met behoud van hun uitgangspunt — te veronderstellen dat zij geen recht wilden doen aan het welzijn van de gehele bevolking. Ik stel dit alles — omdat ik op grond van deze analyse — op zich zelf al moeite had met de oproep van de zes theologen. Mochten zij op grond van de gemaakte afspraken, waaraan de kamerleden van P.v.d.A., P.P.R. en D '66 zich reeds op 3 mei 1973 hadden gebonden (initiatief-wetsontwerp Lamberts-Roethof) en waartoe de VVD zich — na aanbrenging van enkele wijzigingen in dit voorstel — had bekeerd, nog wel dit appèl doen? Op uiteraard de uitzonderingen na, die altijd reeds een voorbehoud m.b.t. het ontwerp Lamberts-Roethof hadden gemaakt lag de keuze voor deze kamerleden toch al vast? Zij hadden reeds hun stem bepaald. Een gegeven woord mag men niet lichtvaardig verbreken en lichtvaardigheid mocht bovendien in het licht van een jaren slepende voorgeschiedenis niet worden verondersteld. Dit is wel een andere invalshoek, maar één die m.i. ook alles te maken heeft met ethiek! Daarom hoop ik van harte, dat de nieuwe minister van Justitie, prof. De Ruiter, een wetsontwerp in de Kamer zal indienen, dat de weerslag zal zijn van een gezamenlijk zoeken van een verantwoorde oplossing en dat bovendien dan de ruimte laat voor toetsing van de argumenten op basis van de eigen opvattingen.

Eerbied voor het leven Ingaand op de bezwaren, die prof. ICuitert tegen de oproep van de zes theologen heeft, wil ik mij graag aansluiten bij zijn stellingname dat hij het uitsluitend appeleren op ,,eerbied voor het leven" als moreel principe

niet voor zijn rekening kan nemen. Ook ik zou van de vier andere indieners (Lamberts-Roethof-Geurtsen-Veder Smit) niet durven stellen, dat de eerbied voor het leven hen niet ter harte zou gaan. Het is eveneens juist dat KVP/ARP ook niet alles bij het oude wilden laten. In de Memorie van Antwoord hebben wij gesteld dat een herziening van de bestaande wetgeving, al was deze in haar uitgangspunt juist, onvermijdelijk was geworden, omdat deze door de jurisprudentie en het vervolgingsbeleid niet meer toereikend was voor het doel. In die zin gaat ook het wetsontwerp Gardeniers-Van Leeuwen uit van een bepaalde mate van liberalisering. Beide wetsontwerpen wilden ruimere bepalingen dan die we tot nu toe kennen. Het lijkt mij echter, niet geheel en al juist dan te concluderen dat het verschil in beide wetsontwerpen zit ,,in de omvang van die ruimte, in de voorwaarden die worden gesteld en in de controle waarmee die wordt omgeven". Het wetsontwerp Gardeniers-Van Leeuwen berust als norm op de beschermwaardigheid van het menselijk leven ongeacht ontwikkelingsstadia of verschijningsvorm. Dat is toch wel iets anders dan uitsluitend de eerbied voor het leven, al ligt deze mede aan de beschermwaardigheid ten grondslag. Het is de taak van de Overheid het menselijk leven te beschermen en deze bescherming vast te leggen in rechtsregels en op grond hiervan mag het aanvoeren van een rechtsgrond worden verlangd van degenen die het menselijk leven willen aantasten. Welnu, die rechtsgrond is er, wanneer door de zwangerschap de lichamelijk of geestelijke gezondheid van de vrouw ernstig wordt bedreigd en deze bedreiging slechts door toepassing van abortus provocatus kan worden weggenomen.

Zuiver medisch Dat is het ,,neen, tenzij". Het gaat dus niet alleen om de omvang, maar ook om de aard van de ruimte! Daar

Mevr. Hannie van Leeuwen

tegenover staat het ,,ja, mits". Als tegenpool van het wetsontwerp Gardeniers-Van Leeuwen wordt abortusprovocatus in het voorstel van de vier indieners gezien als een zuiver medische aangelegenheid waaromtrent de beslissing moet worden overgelaten aan de betrokken vrouwen (zelfbeschikkingsrecht) en aan de artsen. Bij abortus-provocatus gaat het niet slechts om de voor- en nadelen van de medische ingreep, of om de vraag of hierbij volgens de beroepsregels, de ,,leges artis", is gehandeld. Het gaat mede om de bescherming, om het belang van een derde. In een rechtsstaat zal de overheid dit tot uitdrukking brengen in rechtsregels. De vrijheid om te handelen vindt zijn grens waar door dit handelen de rechten van anderen wezenlijk worden aangetast. Zo bezien, bagatelhseert prof. Kuitert de verschillen tussen beide wetsvoorstellen enigermate, alhoewel ik juist op grond van deze constatering volledig met hem instem dat beide ontwerpen niet kunnen worden gekarakteriseerd in termen van eerbied voor het leven. Dan dient er dieper te worden gegraven.

Medestander Een tweede element in de oproep is het geloofwaardig blijven door consistent te handelen. Prof. Kuitert vindt dat deze stellingname berust op een uitermate aanvechtbare, zo niet onmogelijke redenering, omdat beide

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 16

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's