GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 36

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 36

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

m magazine 34

Radio en Televisie toch niet zo'n geschikt onderwijsmiddel door dr. J. de Jonge (directeur ITSWO) In oktober 1977 verscheen in VU-Magazine een artikel onder de kop: Rol radio en t.v. ,,NCRV-VU projekt zegt een paar ,,harde dingen" over mogelijk- De ABL-cursus bestond uit 9 boekjes heid van post-akademiaal onderwijs". In dat artikel werd de opzet (katernen), 20 NCRV-radiouitzendinen de bedoelingen van het ABL-projekt beschreven (ABL betekent: gen en vijf NCRV-TV-uitzendingen. ,, Aan vullende Beroepsvorming van Leraren"). In dit artikel worden Van de cursisten heeft 12% geen van de vijf TV-uitzendingen gezien. Het de belangrijkste uitkomsten van het door het Instituut voor Toege- overeenkomstige percentage bij past Sociaal-Wetenschappelijk Onderzoek (ITSWO/VU) uitgevoer- AVO-leraren niet-cursisten was 82. Het percentage kijkers onder het Nede evaluatieonderzoek ABL weergegeven.') derlandse kijkpubliek varieert van 0,3 tot 2,2 volgens de gegevens van Intomart. De ABL-TV-uitzendingen hebben dus erg weinig kijkers getrokken. Wel hebben leraren vaker gekeken dan de gemiddelde Nederlander. Van de AVO-leraren onder de cursisten heeft 41% niet naar de ABL-radiouitzendingen geluisterd. Bij de overeenkomstige niet-cursisten was dit percentage 97.

De Cursisten Van de ongeveer 80.000 leraren bij hel Nederlands voortgezette onderwijs hebben er 1600 aan de ABL-cursus deelgenomen. Dat is ruim 2000 minder dan aanvankelijk verwacht werd. Daarnaast hebben zich 400 cursisten aangemeld, die werkzaam waren als instrukteur bij de politie en krijgsmachtonderdelen of bij schoolbegeleidingsdiensten en dergelijke. Uit een vergelijking tussen de ABL-cursisten, werkzaam bij het algemeen voortgezette onderwijs (AVO) met een representatieve steekproef niet-cursisten uit deze AVO-sektor werd het volgende afgeleid. Dat niet meer leraren aan de ABL-cursus hebben deelgenomen kan verklaard worden uit onbekendheid met het bestaan van deze cursus (de voorlichting hieromtrent is niet optimaal geweest), het gebrek aan tijd (bijvoorbeeld omdat men in zijn vrije tijd met een studie voor een onderwijsakte bezig was) en de volgens velen te hoge prijs van de ABL-cursus (ƒ 120,-). De 20-29 jarige leraren waren onder de cursisten ondervertegenwoordigd. Dat is begrijpelijk want zij hebben tijdens hun opleiding kennis gemaakt met de moderne onderwijskunde. De 40-49 jarige ieraren kwamen relatief veel onder de cursisten voor. Waarschijnlijk zijn dit leraren, die bij hun opleiding nog niet zoveel van de onderwijskunde hebben kunnen opste') Zie W.A. Torsius ,,ABL: een (on) voldoende?" Rapport ITSWO/VU. Amsterdam, 1978.

Dr. J. de Jonge

ken en daaraan in de praktijk van het lesgeven toch behoefte hebben. Eerstegraads leraren (dat zijn voornamelijk leraren die hun opleiding aan een universiteit hebben genoten) waren onder de cursisten oververtegenwoordigd. Dit betekent dat de ABLcursus als post-akademiaal onderwijs kan worden beschouwd. Ook waren er onder de cursisten relatief veel konrektoren en adjunkt-direkteuren, en leraren die behoefte hadden aan informatie omtrent leiding en beheer van een school. De cursisten waren ook vaker dan de niet-cursisten van mening dat zij onvoldoende geschoold zijn voor het begeleiden van leerlingen. Ook meenden de cursisten vaker dat zij de ontwikkelingen op hun vakgebied niet goed kunnen bijhouden.

Geen van de niet-cursisten die luisterden heeft dit gedaan naar meer dan vijf uitzendingen. Slechts 30% van de cursisten heeft naar meer dan vijf radiouitzendingen geluisterd. Volgens het nationaal luisteronderzoek van Intomart heeft hoogstens 0,5% van het Nederlandse luisterpubliek naar de ABL-radiouitzendigen geluisterd. Als reden voor het niet-kijken c.q. niet-luisteren geven de niet-cursisten (AVO-leraren) vooral op dat ze niet •wisten dat er ABL-uitzendingen waren en verder dat zij daarvoor geen tijd hadden dan wel dat het tijdstip van uitzenden ongunstig was. De cursisten geven als reden voor het niet-kijken c.q. niet-luisteren op gebrek aan tijd, vergeten te kijken c.q. te luisteren en het ongunstige tijdstip van uitzenden. Als voornaamste funktie van de radioen TV-uitzendingen zagen de cursisten de illustratie bij het schriftelijk materiaal.

Waardering van de cursus Bijna driekwart van de cursisten beoordeelde de ABL-TV-uitzendingen negatief. Ruim de helft beoordeelde de ABL-radio-uitzendingen nega-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 36

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's