GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1983 - pagina 505

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1983 - pagina 505

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het koloniale avontuur van een Belgische koning:

Leopold II en de Congo Het is dit jaar 75 jaar geleden dat België een koloniale mogendheid werd. Per ongeluk, mogen we wel zeggen; of zelfs: tegen wil en dank. Want noch de Belgische overheid, noch de industriëlen, noch het Belgische volk had ooit van veel koloniale aspiraties blijk gegeven. Maar op 15 november 1908 werd België van de ene dag op de andere meesteres over een stuk Afrika dat 80 maal zo groot was als zijzelf: Belgisch Congo, het huidige Zaïre. Het enorme gebied was tot op dat moment het privédomein geweest van één man: haar eigen koning Leopold II. Dit is het verhaal van het koloniale fanatisme van een vorst, zijn slimme en soms doortrapte optreden om de grootmachten achter zich te krijgen, de schandalen over het wanbestuur in zijn tweede koninkrijk en de gedwongen overdracht van ,,zijn" Congo aan de Belgische staat. Het verslag van een onderzoek, dat politiek geograaf en VU-medewerker Dick Foeken onlangs afrondde. door Dick Foeken ,,ln de stichting van een groot koloniaal rijk door den durf, het klaar doorzicht, de onverdroten volharding van één man, van een parlementair vorst, in den beginne buiten zijn eigen volk om en tegen den naijver van meer dan één groote Mogendheid, daarin ligt het buitengewone van de onderneming en de groote daad van Leopold." ,,Leopold zwelgt in zijn macht, vertrapt verdragen onder zijn voeten, tart beschaafde oordelen, veracht het gemompel rond zijn troon, lacht openlijk om de schroom van de internationale diplomatie. Een sinistere figuur, een reïncarnatie, lijkt het wel, van de slechtste elementen uit de middeleeuwen." Vereerd en verguisd, tot op de dag van vandaag. Dat is Leopold II, getuige deze twee citaten; de eerste van de Belgische minister van koloniën in de jaren '20, Louis Franck, de tweede van de leider van de Congo Hervormingsbeweging, Edward Morel, aan het begin van deze eeuw. Beide uitspraken hadden betrekking op hetzelfde: Leopolds privédomein van ruim 2,3 miljoen km^ dat de nogal ironische naam Congo Vrijstaat droeg. Tien jaar lang is hij bezig geweest om het in bezit te krijgen. Ruim twee decennia later was hij het weer kwijt. Witte vlek Al op jeugdige leeftijd had Leopold een ware passie voor koloniale bezittingen. Zijn ideeën daarover kregen vorm door zijn belangstelling voor geschiedenis, geografie en politiek en door een viertal grote reizen, waarbij

vu-Magazine 12 (1983) 11 december 1983

Dick Foeken (AVO/VU)

hij het Middellandse Zeegebied, het Midden-Oosten en het Verre Oosten bezocht. Vooral het voorbeeld van Java sterkte hem in de overtuiging dat een kolonie voor het moederland een zeer winstgevende zaak was. Deze overtuiging stak hij niet onder stoelen of banken. Zo liet hij op 25-jarige leeftijd de toenmalige minister van financiën, de liberale staatsman Frère-Orban, een marmeren plaquette bezorgen met daarin de beroemd geworden inscriptie ,,België behoeft een kolonie ". Maar Leopolds roep om een koloniale politiek was aan dovemansoren gericht. Noch de Belgische politici noch de industriëlen toonden enige interesse. Dus ging hij op eigen houtje aan de slag, onder het motto: als België geen kolonie wil dan zal ik er haar één geven.

Zijn eerste serieuze poging was een bod op Serawak (Noord-Borneo), maar de Britse regering dwong de concessiehouder. Sir James Brooke, het gebied aan haar te verkopen. Na zijn troonsbestijging in 1865 trachtte hij van de noodlijdende Spaanse regering de Filippijnen te kopen, een project waar hij zes jaar in het geheim aan werkte maar dat in 1875 ook op niets uitliep. In dat jaar schreef hij aan Lambermont, één van zijn vertrouwelingen: ,,0p het moment hebben noch de Spanjaarden, noch de Portugezen, noch de Hollanders iets te verkopen. Ik wil eens voorzichtig nagaan of er niet iets in Afrika te doen is." Rond die tijd stond de laatste grote witte vlek op de Afrikaanse kaart, het Congobekken, in het centrum van de belangstelling bij de Geografische Genootschappen in Europa. Zo slaagde de Brit Cameron erin van oost naar west dwars door Centraal-Afrika te trekken. Aangetrokken door diens uitbundige beschrijvingen van de rijkdommen van het gebied reisde Leopold in mei 1876 incognito naar Londen om hem te ontmoeten. Tevens kwam hij erachter dat de Britse regering geen enkele claim op het gebied wilde leggen. Dus rook hij zijn kans: hier zou hij een zo groot mogelijk koloniaal rijk kunnen stichten. Handelsmonopolie Zijn eerste stap daartoe was de organisatie van een internationale geografische conferentie in zijn paleis in Laken. Omringd door de belangrijkste ontdekkingsreizigers en geografen

427

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's

VU Magazine 1983 - pagina 505

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's