GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1987 - pagina 314

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1987 - pagina 314

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

veel hoger wordt ingeschat door lezers van een krant die veel misdaad in haar kolommen stopt, dan door lezers van een krant die sensationele misdaadverhalen schuwt. In dat kader past ook de vraag of voorlichting over inbraakpreventie bangmakerij is dan wel een zinvolle besteding van overheidsgeld. Voor Frans Willem Winkel is het antwoord op die vraag duidelijk. "Voorlichting over inbraakpreventie is zinvol. Maar dan moet het wel goed gebeuren.''

W

inkel (36) werkt als sociaal psycholoog aan de VU. Onlangs promoveerde hij op een onderzoek naar effecten en neveneffecten van voorlichting over criminaliteit. Hij zegt: "In de huidige situatie is onderzoek naar effecten van een campagne vaak een sluitpost op de begroting. Na afloop van een campagne wordt een onderzoekje gedaan. Als de beoogde effec-

' Slechts in twee procent van alle gevallen komt het tot een gewelddadige confrontatie tussen dader en slachtoffer.' ten niet gerealiseerd zijn wijt men dat vaak aan de laksheid van het publiek of de overdosis informatie waaraan de burger is blootgesteld. Ik zou de hand in ei^en boezem steken. Misschien mankeert er wel wat aan de inhoud van de campagne. Ik vind dat al in het begin van een campagne onderzocht moet worden of je het beoogde doel zult bereiken. Als dat niet het geval is kan je de campagne nog bijsturen. Daarbij zijn de huidige evaluaties vaak erg oppervlakkig. Het is natuurlijk interessant om te weten hoeveel mensen een folder of een spotje hebben gezien. Belangrijker om te weten is of de voorgelichten iets met de inhoud van de boodschap hebben gedaan. Letten ze beter op hun deuren en ramen? Hebben ze een goed slot of een dievenklauw gemon, teerd? Tenslotte wordt er op het ogenblik nauwelijks aandacht besteed aan allerlei neveneffecten die kunnen optreden. Uit ons onderzoek blijkt dat onschuldig lijkende campagnes wel degelijk schade kunnen berokkenen. Zij kunnen leiden tot instemming met extreme reacties tegen een mogelijke inbraak of inbreker. Ook kunnen sterk verhoogde angstgevoelens optreden." 4

Is het niet noodzakelijk om op dat angst- offer. Inbrekers komen bovendien zelden gevoel in te spelen? Angst brengt mensen terug in een huis waar ze een keer getoch in beweging? weest zijn. Winkel: "Nee, ik denk niet dat dat nood- Verder zou er meer aandacht besteed zakelijk is. Het is zelfs ongewenst. In de moeten worden aan limitatieve voorlicheerste plaats omdat angst het welzijn be- ting. Ik bedoel daarmee dat een voorlichlemmert. Bange mensen gaan 's avonds ter duidelijk moet zeggen dat extreme de deur niet meer uit, of ze nemen de preventiemaatregelen niet nodig zijn. Zo auto om een pakje sigaretten te halen. voorkom je wellicht dat mensen zich Dat soort gevolgen zijn ongewenst. gaan verschuilen achter een batterij beDaarbij is angst vaak een slechte raadge- veiligingsapparatuur, met wapens gaan ver. Bange mensen leggen eerder een ij- rondlopen of burgerwachten gaan opzeren staaf onder hun bed of schaffen in- richten. gewikkelde alarmsystemen aan. Ze vin- Tenslotte, hoe vaak er ook wordt ingeden het vaak begrijpelijk datje een waak- broken, individueel gezien is de kans om hond neemt. Natuurlijk moet de overheid slachtoffer van een inbraak te worden wijzen op de ernst van de situatie. Maar niet groter dan twee of drie procent. Bode overheid is er niet bij gebaat om door vendien heb je die kans deels zelf in de middel van campagnes angstgevoelens te hand. Met een aantal simpele maatrevergroten. gelen maak je de kans op ongewenst beIk denk dat het heel goed mogelijk is om zoek een stuk kleiner. Inbraak is voor mensen voor te lichten zonder hen angst een belangrijk deel beheersbaar; het is aangetoond dat het in goed beveiligde aan te jagen." huizen vaker blijft bij een poging tot inn ons onderzoek hebben wij proef- braak."

I

personen verschillende folders gegeven. De ene groep kreeg een folder met een positieve boodschap. 'Als u ramen en deuren goed afsluit geeft u inbrekers minder kans', is een voorbeeld van zo'n positieve tekst. Het voordeel van de te nemen maatregelen komt dan duidelijk uit. Een andere groep kreeg een negatieve tekst. Bij negatieve voorlichting leg je de nadruk op de negatieve gevolgen van het uitblijven van een maatregel: 'Een open deur is een uitnodiging voor inbrekers, een open raam betekent vrij entree.' Gebleken is dat mensen die aan negatieve voorlichting waren blootgesteld eerder dachten dat zij slachtoffer zouden worden van een inbraak dan mensen die positieve voorlichting hadden gekregen. Zij waren ook angstiger en hadden minder vertrouwen in de bescherming van de politie. Blijkbaar kun je door positieve voorlichting een aantal vervelende neveneffecten vermijden.'' Daarnaast is het belangrijk dat je in de voorlichting een aantal hardnekkige misverstanden uit de weg ruimt. Mensen denken vaak dat een inbreker een breedgeschouderde, gemaskerde vent is die met een knijpkat in de ene en een ploertendoder in de andere hand door hun huis dendert. Dat beeld klopt niet. Inbrekers zijn meestal jong (16 tot 25 jaar) en, op het moment suprème, ontzettend bang. Ze willen het liefst zo snel mogelijk jouw huis weer uit. Slechts in twee procent van alle gevallen komt het tot een gewelddadige confrontatie tussen dader en slacht-

D

at mag zo zijn. Maar de gemiddelde Amsterdammer lacht een voorlichter uit als hij hoort dat de kans op een inbraak klein is. En vervolgens neemt hij de campagne niet meer serieus. Winkel: "Dat cijfer van twee procent is inderdaad een landelijk gemiddelde en gaat niet op voor sommige steden. Het nadeel van grootscheepse campagnes via de massamedia is dat je in beperkte mate met die verschillen rekening kan houden. Daarom is naast massale, ook gerichte, lokale informatie nodig. Dat kan met folders en dergelijke maar ook de agent in de straat zou hierin een rol kunnen spelen. Onderzoeken hebben aangetoond dat slachtoffers van een inbraak vaak lang last houden van gevoelens van onbehagen, onzekerheid en onveiligheid. Slachtoffers reageren soms zeer emotioneel. Op voorlichtingsavonden hoor ik regelmatig geluiden als: 'De politie is een zacht zooitje' en 'Ze moesten die misdadigers deporteren.' Dat is de oplossing niet. Ik denk echter dat de politie een belangrijke rol kan spelen bij de verwerking van emotionele gevoelens.'' "Ten bate van ons onderzoek heeft een aantal geüniformeerde agenten voorlichting gegeven aan inbraakslachtoffers. In veel gevallen had dat een gunstige uitwerking. Mensen werden minder bang, kregen meer vertrouwen in de politie en stemden minder vaak in met extreme preventiemaatregelen. Toch bleken met na-

VU-MAGAZINE — SEPTEMBER 1987

Diefstal vertoont soms bizarre trekken. Een Amsterdams politiebureau vol damesondergoed dat een 26-jarige man in twee jaar tijd van de waslijn roofde. Foto ANP

me vrouwen vaak angstiger te worden na zo'n voorlichting in uniform. Men gaf teveel informatie in te korte tijd. Het heeft natuurlijk weinig zin om slachtoffers direct na het misdrijf vol te stoppen met allerlei waardevolle tips. Dat nemen ze toch niet op. Eerst moeten ze hun verhaal kwijt. Als ze de eerste emoties verwerkt hebben kun je proberen het gebeurde in een reëel kader te plaatsen, bij voorbeeld door erop te wijzen dat inbrekers zelden terugkomen. Vervolgens kun je met het slachtoffer het huis doorlopen. Je kunt dan wijzen op inbraakgevoelige plekken en maatregelen nemen om herhaling van misdrijf te voorkomen. Bij erg emotionele mensen is het misschien goed om nog eens terug te komen. In een volgend onderzoek willen wij nagaan of voorlichting door speciaal getrainde agenten nog betere resuhaten oplevert.''

ging nauwelijks criminelen kan opsporen. Voor 98 procent is het apparaat afhankelijk van tips van de bevolking. Een goede relatie tussen agent en publiek bevordert de aangiftebereidheid. Het is niet mijn bedoeling om agenten om te vormen tot maatschappelijk werkers. Maar in veel gevallen is de politie zo niet de enige dan toch de eerste instantie waarmee een inbraakslachtoffer te maken krijgt. Een beetje aandacht kan dan wonderen doen. Bovendien is wat extra aandacht voor een slachtoffer geen overbodige luxe. Het strafrecht is in wezen een typisch dadergericht systeem. Voor justitie is een slachtoffer degene die het justitieel proces in werking stelt. Daarmee houdt de aandacht van het apparaat op. Gelukkig komt er de laatste jaren meer aandacht voor slachtoffers van misdrijven. Dat is een goede zaak. 'Slachtofferschap' gaat vaak gepaard met hevige emoties. Ono 'n benadering kost tijd en geld. langs heeft Nederland een resolutie van De politie heeft het druk en geld de Verenigde Naties ondertekend waarin is er niet. het belooft meer aan slachtofferhulp Winkel: "Veel tijd hoeft zo'n bezoekje te doen. Minister Brinkman heeft, niet te kosten; hoogstens een kwartiertje. na lang aandringen, vijf miljoen Bovendien past het uitstekend in de wijkgulden ter beschikking gesteld. gerichte benadering waarmee verschilEen begin, maar ook een druppel lende politiecorpsen op het ogenblik exop een gloeiende plaat. perimenteren. Eén van de middelen hiertoe is vergro- Brinkman wil bovendien zo veel ting van de zichtbaarheid van de politie, mogelijk werk laten opknappen bij voorbeeld door meer agenten de straat door vrijwilligers. Op zich heb ik op te sturen. Tijdens een ronde door de niets tegen vrijwilligers maar ik buurt kan een agent dan een huisbezoekje vind wel datje, als je slachtofferafleggen. Behalve het slachtoffer is ook hulp serieus neemt, de hulpverlede politie zelf daarbij gebaat. Een goed ners moet betalen. Het lijkt wel contact met het publiek is zeer belangrijk of Brink man alles door als je weet dat de politie uit eigen bewe- vrijwilligers wil laten

Z

VU-MAGAZiNE — SEPTEMBER 1987

doen. Terwijl Nederland toch al een land is met een hoge graad van vrijwillige hulp- en dienstverlening. In mijn ogen is hulp aan slachtoffers belangrijk. 'Slachtofferschap' is een probleem. Wil je daar wat aan doen dan kost dat geld. Zo werkt het nu eenmaal." D

Rechercheurs voeren na een inval een doos vol gestolen goederen af: 'Een kwart tot de helft van alle inbraken had voorkomen kunnen worden.' Foto ANP

F.W. Winkel, Politie en voorkoming van misdrijven. Effecten en neveneffecten van voorlichting. Uitg. Stichting Mens en Recht, Amsterdam, (f. 39,50) Koos Schwartz studeerde geschiedenis en is journalist

Dr. F.W. Winkel: 'VoorUchting is prima, als het maar goed gebeurt.' Foto Michel Claus AVC/VU

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's

VU Magazine 1987 - pagina 314

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's