GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 203

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 203

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

maal zoveel eveneens te vroeg geboren kinderen die niet aan wiegedood waren overleden. Als 'controlegroep' koos hij bovendien steeds kinderen uit hetzelfde ziekenhuis, zodat hij de effecten van bepaalde factoren - waaronder de vroeggeboorte zelf, maar bijvoorbeeld ook mogelijke verschillen in verzorging in de diverse ziekenhuizen - kon uitschakelen. Deze aanpak stelde hem in staat uit een veelheid van resterende gegevens een aantal opmerkelijke feiten uit de voorgeschiedenis, met name de prenatale periode, van wiegedood-kinderen te destilleren. Zo vond Wierenga dat moeders van wiegedood-kinderen vaker op jongere leeftijd voor het eerst zwanger raakten, tijdens de zwangerschap vaker en meer rookten, dat kinderen die later aan wiegedood overleden, dirqct na de geboorte vaak enige tijd ondertemperatuur hadden, en dat in hun bloed op datzelfde moment meestal minder witte bloedlichaampjes en bloedplaatjes voorkwamen. Het is wetenschappelijk gezien gevaarlijk en voorbarig uit deze resultaten te concluderen dat - oorzaak en gevolg, nietwaar? - roken tijdens de zwangerschap tot wiegedood zou leiden. Er is alleen sprake van een 'statistische samenhang'. Wél heeft het combineren van onderzoeksresul-

een rol speelt. Als mogelijke verklaring is echter ook geopperd dat het, met behulp van moderne medische technieken, steeds beter mogelijk is geworden zeer vroeg geboren kinderen en kinderen met een zeer laag geboortegewicht, in leven te houden. Dit, terwijl vroegeboorte en een laag geboortegewicht de kans op wiegedood aanmerkelijk vergroten. Het risico bij onvolgroeide borelingen is in extreme gevallen zelfs tien maal zo groot als bij 'normale' kinderen, zo blijkt uit het onderzoek van dr. Wierenga. Andersom geredeneerd: vijftien tot twintig procent van alle wiegedood-kinderen is te vroeg en/of met een te gering gewicht ter wereld gekomen. Heel opmerkelijk en in feite onverklaarbaar is, dat wiegedood in bijvoorbeeld Hong Kong aanzienlijk minder voorkomt dan in de meeste westerse landen: 0,29 per duizend levendgeborenen, tegen 1,3 in Nederland en maarliefst 4,9 in Nieuw-Zeeland. Wat statistisch gezien bovendien sterk opvalt, is dat wiegedood vaker voorkomt in groepen van de bevolking die worden betiteld als 'sociaalzwakkeren'; dat heeft men met name in Engeland wetenschappelijk vastgesteld. En dat is een

VU-MAGAZINE—MEI 1989

taten Wierenga op het spoor gezet van een cluster yan samenhangende risicofactoren. En dat spoor leidt volgens hem rechtstreeks naar een gemeenschappelijke noemer: zuurstoftekort in het lichaamsweefsel - hypoxie genoemd - dat bij het ongeboren kind mogelijk al maanden voor de bevalling kan zijn veroorzaakt. Dit zuurstoftekort

'Het moge duidelijk zijn dat de meeste kinderen die op de buik slapen niet overlijden.' maakt zuigelingen extra kwetsbaar voor wiegedood, waarbij op zichzelf relatief onschuldige aandoeningen, zoals een simpele neusverkoudheid, al voldoende kunnen zijn voor een fatale afloop.

T

ijdens een gesprek vertelt Hendrik Wierenga, op de kinderafdeling van het Assense ziekenhuis, enthousiast maar - omwille van dit bij uitstek gevoelige onderwerp - met de nodi-

gegeven waarvoor de medici nog geen afdoende verklaring hebben gevonden. Alleen al daarom zou wiegedood ook een belangwekkend onderzoeksterrein kunnen vormen voor deeldisciplines als sociale geneeskunde, medische sociologie en medische psychologie.D 50c ra

40-

30-

20-

10- r

8

I 60 I 120

180 1 240 I 300

dagen

365

Dit staafdiagram laat zien dat van tweehonderd wiegedoodkinderen veruit het merendeel overleed tussen de eerste en de vijfde maand na de geboorte; een opmerkelijke piek die de onderzoekers nog steeds voor een raadsel stelt.

25

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 203

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's