GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 479

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 479

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

haar te begeren?" schrijft de abt van JVlont Cornillon. In de bekeringsgeschiedenis van Bernard van Clairvaux keert hetzelfde thema terug. Er wordt verteld hoe hij als jonge man de blik van een mooi meisje opvangt en prompt een erectie krijgt. Geschrokken van zijn eigen reactie springt hij zonder een moment te aarzelen in een ijskoude vijver en neemt ter plekke het besluit om monnik te worden.

De kus van God Onder de Hoogliedcommentatoren zijn ook representanten van een 'mildere' richting, waarbinnen de afkeer van het lichamelijke minder hevig is. Kijken naar een mooie vrouw is weliswaar slecht, maar de zintui-

gen kunnen ook ten goede worden aangewend. Het aanschouwen van Gods schepping bijvoorbeeld kan de mens gevoelig maken voor Gods woord. Zinnelijkheid hoeft in zichzelf niet verkeerd te zijn, volgens deze denkers. Het gaat om de gerichtheid. Willem van St. Thierry, die een goede vriend was van Bernard van Clairvaux, doet bijvoorbeeld weinig moeite de zinnelijke lading van het eerste vers van het Hooglied te ver-

bloemen. Over de zinsnede "Hij kusse mij met een kus van zijn mond", schrijft Willem: "Ik heb, zegt zij, zijn gezicht boven mij zien schitteren, ik heb de uitgegoten genade op zijn lippen gevoeld. Laat niemand tussen ons komen, laat niets ons onderbreken. (...) D e kus is een soort vriendin, en verbintenis van lichamen, een teken van en aanzet tot een innerlijke verbintenis. Zo'n kus geeft God aan de gelovige ziel, zijn bruid." In de 'Brevis Commentatio' een boekwerk dat sommigen aan WiUem van St. Thierry toeschrijven, terwijl anderen Bernard als auteur beschouwen, wordt uitvoerig op de kus ingegaan. Er zijn drie soorten kussen, zoals er drie stadia in de liefde zijn. De voetkus correspondeert met de eerste vorm van liefde. Het gaat daarbij om de 'zoete' liefde voor de vlees geworden Christus, die de mens ertoe aanzet om vergeving te vragen - dat is: te knielen. O m vervolgens de hand te kunnen kussen

moet de mens zich uit zijn zondige staat oprichten. Deze tweede fase in de liefde wordt gekenmerkt door het willen begrijpen van de mysteriƫn van het geloof. De derde vorm van liefde is de hoogste en wordt getypeerd als het ten volle opgaan in God. De kus op de mond, waarmee de mens zich helemaal aan God hecht, is het symbool voor dit laatste stadium van de liefde. In zijn derde preek spreekt Bernard van Clairvaux over deze hoogste vorm van liefde: "Wanneer tenslotte onze vele gebeden en onze tranen de

eerste genade-gaven hebben verdiend, dan durven wij ons hoofd op te heffen naar de glorierijke mond zelf - ik zeg het trillend van angst met alleen om ze te aanschouwen, maar om ze te kussen."

Sleutel Met de allegorie kun je blijkbaar alle kanten uit. Zoekt de ene auteur in de erotische beelden van het H o o g lied juist het uitgangspunt voor zijn beschouwingen over een moederlijke God, aan wier borsten wij rust vinden, voor een commentator als Philip van Harvengt leert het Lied der Liederen dat de mens moet streven naar een 'doofheid' voor ieder lichamelijk verlangen. Voor elk beeld uit het Hooglied bestaan zoveel verklaringen, als er interpreten zijn. Staan de borsten uit het eerste vers voor twee vormen van kennis, of moeten we ze met het idee van moederlijke zorgzaamheid verbinden? Zullen alle begeerten van het lichaam met bijtende zalven worden uitgebannen, of mag je trillend van angst naar de kus van God verlangen?

D e middeleeuwse Joodse commentator Saadia waarschuwde de lezer van het Hooglied al voor de veelheid aan interpretaties en verklaringen: "Weet mijn broeder, je zult zeer verschillende interpretaties van het Lied der Liederen aantreffen. In feite verschillen de uitleggingen daarom zozeer, omdat het Lied der Liederen zelf op een slot gelijkt, waarvan de sleutels zijn zoek geraakt."

Naar aanleiding van: Eloe Kingma, De mooiste onder de vrouwen, een onderzoek naar religieuze idealen in twaalfde-eeuwse commentaren op het Hooglied. Verloren, 1993 VU MAGAZINE DECEMBER 1993

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 479

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's