GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 166

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 166

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

32 v u MAGAZINE APRIL 1993

lijkheid uit het oog verloren en ontstaat een sfeer waarin de zich miskend voelende burgers, nog voor zij werkelijk -worden geslagen, op hoge toon hun recht opeisen om door de overheid v/ettelijk gevrijwaard te worden van al wat hen reeds op voorhand niet gerieft. Verwende kinderen v/orden het dan, die weigeren te gaan slapen vóór vader of moeder onder het bed heeft gekeken of daar écht geen enge man op de loer ligt. Het licht op de gang moet dus aanblijven. En de deur op een kier. Iets van dat soort gejengel klinkt door in een artikel (in september 1991 verschenen in 'Christen D e mocratische Verkenningen') van prof.mr.dr. A. Postma (hij doceert onder meer onderwij srecht in Groningen en Amsterdam), waarin deze wettelijke bescherming van het N e derlands eist. Het is pure plicht dat men, vanuit een christen-democratische visie, zich daarvoor politiek inspant, vindt hij. Het argument geeft de oplettende lezer echter te denken: "De pluriformiteit in de schepping dient gehandhaafd te blijven, ook waar het talen betreft. Dat is een voorwaarde voor economische bloei", zo staat in de aanhef tot het artikel te lezen. Geen gelukkige koppeling, lijkt me, om de verscheidenheid van de schepping zo expliciet in dienst te stellen van kapitalistisch winstbejag. Maar zand daarover. Waar het in Postma's artikel om draait is de eis aan het adres van de overheid, dat zij onverwijld juridische maatregelen moet treffen om het Nederlands van een, zijns inziens, wisse dood te redden. Met de vraag of wellicht ook aan de realiteitszin van zo'n fatale dreiging nog getwijfeld mag worden, maakt Postma meteen korte metten. In het verleden is namelijk gebleken dat het Nederlands, althans een voorouderlijke versie daarvan, snel terrein verloor onder druk van een overheid die aan een andere taal (de Franse bijvoorbeeld) de voorkeur gaf en de gebruikelijke volkstaal en haar sprekers discrimineerde. Voeg daaraan in gedachten toe de wetmatigheid dat ambitieuze onderdanen als vanzelf de taal van de machthebber gaan spreken, en het fenomeen met de als een eufemisme klinkende naam 'taalverlating' is een feit. Zo is het, aldus Postma, ook het destijds in Frans Vlaanderen en Belgisch Wallonië

nog gesproken Nederlands vergaan; zo verging het de dialecten (door Postma vanwege de naar zijn m e ning neerbuigende betekenis ervan stelselmatig aangeduid als 'streektalen') in eigen land, die uiteindelijk door de als Algemeen Beschaafd N e derlands vermomde 'streektaal' der machthebbers werden verdrongen; zo zal het ditzelfde ABN vergaan onder invloed van een Verenigd E u ropa waarin een continentale overheid waarschijrdijk een soort 'Euroengels' tot lingua franca zal gaan uitroepen. Natuurlijk is onderwijsminister R i t zen, die ooit het ongare ideetje lanceerde om het Engels alvast tot universitaire voertaal uit te roepen, de gebeten hond. Maar - heel opvallend - zijn naam blijft onvermeld; fijntjes geeft Postma er de voorkeur aan het te hebben over "sommige leden van de Nederlandse elite", die al te voortvarend "de consequentie met betrekking tot het Nederlands (...) menen te moeten trekken uit de naderende Europese eenwording". Die krijgen nu van Postma dus een reactie uit de koker van "het christen-democratische gedachtengoed".

nogal krampachtig op mij over. Maar ook hierover strooi ik om de lieve vrede dan maar een flinke schep zand. Want onweerspreekbaar lijkt toch Postma's constatering dat in de twintigste eeuw een ongekend aantal taalvarianten en dialecten (voor Postma allemaal 'streektalen' dus) zijn opgegaan in die ene grote pot nat van het Algemeen Beschaafd geheten Nederlands. Dat is, schrijft hij, het gevolg van "alfabetisering, de oprukkende communicatiemedia en de openbreking van gesloten agrarische samenlevingen". Zeer juist. Maar het lijkt er haast op of Postma, in zijn liefde voor het behoud van alle taalvariëteiten, die bevrijdende ontwikkelingen betreurt. Over sociale gerechtigheid gesproken! Toch valt er, bij nader inzien, op die aldus door Postma geconstateerde massale 'taalverlating', nog flink wat af te dingen. Feit is dat men tegen-

Krampachtig Dat laatste element krijgt dan, in Postma's pleidooi voor wettelijke bescherming van het Nederlands, gestalte in de verscheidenheid van de schepping (ik noemde het argument al eerder), die, vanuit de bijbelse n o tie van het rentmeesterschap, absolute bescherming behoeft. Typisch christen-democratisch vindt Postma bovendien zijn argument dat de beschermwaardigheid van welke taal dan ook, voortvloeit uit de volstrekte gelijkwaardigheid van alle mensen die deze talen immers in de mond nemen. Me dunkt, dat men niet per se alleen vanuit een christelijke grondslag tot dit soort gevoelens van sociale gerechtigheid en culturele behoedzaamheid kan geraken. Wat dat betreft komt het christen-democratische van Postma's benadering

woordig in alle uithoeken van ons land 'gewoon Nederlands' verstaat en spreekt (mèt, dan wel zonder streekspecifieke tongval) en zich daarvan met name bedient in het bijzijn van 'vreemden' of in meer officiële situaties. Maar is men onder elkaar dan herneemt het aloude dialect in veel gevallen zijn onvervreemdbaar eerstgeboorterecht. Er lijkt dus veeleer sprake van winst dan van verlies. De unisone dialectspreker van weleer (dat is dus eigerdijk iedereen die niet in Haarlem - bakermat, naar men zegt, van het A B N werd geboren) is geheel 'tweetaUg' geworden; hij beheerst nu, naast de regiotaai die hij met de paplepel kreeg ingegoten, ook de algemeen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 166

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's