GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1998 - pagina 467

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1998 - pagina 467

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

zelfbedrog: gewoon doen alsof er geen (subjectief) eerste-persoonsperspectief bestaat, dan wel dit standpunt als onwetenschappelijk van de hand wijzen. Op dezelfde wijze valt te suggereren dat mensen niet zoiets als een bewustzijn bezitten. Door al die methodologische scherpslijperij worden 'van binnenuit' beleefde zaken - zoals 'zelfervaring' ~ domweg genegeerd. In feite wordt zoiets als het bewustzijn vaak als een hinderlijk concept beschouwd, dat de zaak er alleen maar ingewikkelder op maakt. De vraag is echter of er eigenlijk wel een 'geünificeerde' theorie van de geest te ontwerpen valt, die géén rekening houdt met het bewustzijn. Of zoals de Amerikaanse filosoof föhn Searle het zegt: de notie van nietbewuste mentale toestanden moet worden afgeleid uit de notie van bewuste mentale gebeurtenissen. Daar komt bij dat we eigenlijk niet goed weten wat we ons moeten voorstellen bij bewustzijn zonder zelfbewustzijn. We zouden dus ook kunnen opperen dat de notie van 'bewustzijnsverschijnselen' moet worden afgeleid uit de notie van verschijnselen die wijzen op 'zelfbewustzijn'. Dat dit geen onzinnige stelling is, blijkt alleen al uit het gegeven dat het uitsluitend zelfbewuste wezens zijn die zoiets als niet-bewuste mentale toestanden kunnen signaleren. Om het maar eens heel paradoxaal uit te drukken; het wegredeneren van de geest komt in wezen neer op het wegredeneren van precies datgene wat überhaupt in staat is tot het wegredeneren van wat dan ook. Het is het verklaren van een object in termen van zichzelf. Filosofen beseffen deze ingewikkeldheden uiteraard ook. Alleen: in plaats van die ingewikkeldheden dan te benoemen, verzwijgen of verdonkermanen ze ze vaak. In het boek 'Het bewustzijn verklaard' van Daniel Dennett, komt het begrip 'zelfbewustzijn' niet één keer voor! In plaats daarvan krijgen we gekunstelde redeneringen voorgeschoteld als: "De robot Zombo bevat onbewuste hogere orde-informatie die gaat over lagere orde-informatie, waardoor Zombo onbewust gelooft dat hij verscheidene mentale toestanden kent. Daardoor zou hij kunnen gaan 'denken' dat hij bewust is, zelfs als hij dat niet is."Dennett beschrijft hier uiteraard hoe het bij mensen werkt, robot Zombo is er voor de polemiek: wij zijn eigenlijk net als Zombo. Waar het echter om gaat is dat het vrijwel onmogelijk is zich hierbij iets voor te stellen: iets dat alleen maar dénkt dat het bewust is, maar het in 'werkelijkheid niet is' - het brein creëert kennelijk illusies als illusies. Lichaam Toch zijn het wellicht die verzwegen moeilijkheden waardoor het niet goed lukt: het materialistische programma heeft maar weinig succes en vooruitgang geboekt. Het is niet anders. Maar het is natuurlijk ook wel grappig: zowel de Cartesiaanse dualist - lichaam en geest zijn twee principieel van elkaar te onderscheiden dingen - als de materialist - de geest is dood, leve het lichaam! - komen er niet uit. Beiden, zo stelt de Vlaamse filosoof Stefaan Cuypeis, lijden aan het filosofische onvermogen de geest te zien als een natuurlijk aspect van

organismen. Vermoedelijk heeft dit te maken met de traditie om de natuur als een levenloze machine op te vatten, iets wat Descartes al deed. Wellicht is hierdoor de spanningsverhouding tussen geest en natuur ontstaan. Het feit dat het dualisrae zich verliest in mysteries en dat het materialisme (nog) geen plausibel alternatief in de aanbieding heeft, is misschien wel te herleiden tot het gebruik van de verkeerde metafoor: de natuur als 'levenloze machine'. Cuypers stelt zelfs dat als het filosofisch onvermogen van beide zienswijzen in een helder daglicht wordt geplaatst, de dringende vraag die beide stuurt niet langer dringend is, met als gevolg, dat "het klassiek lichaam-geest probleem bij nader inzien slechts een schijnprobleem" is. Overigens valt juist bij Dennett een lichte verschuiving waar te nemen in de richting van de 'ondeelbaarheid' van lichaam en geest. In zijn boek 'Aspecten van bewustzijn', komt hij er rond voor uit dat hij het op onderdelen bij het verkeerde eind heeft gehad, vooral waar het gaat over de materiële identiteit van geest en hersenen: "Het feit dat uw zenuwstelsel, in tegenstelling tot het besturingssysteem van een modern schip, geen geïsoleerd, medianeutraal besturingssysteem is, dwingt ons de werking van de onderdelen ingewikkelder en realistischer te zien". Hiermee zegt Dennett niet minder dan dat 'Ik' niet los kan worden gezien van mijn totale lichaam (dus niet alleen van de hersenen of het zenuwstelsel). Ooit zag hij het heel anders en sprak hij nog van de mogelijkheid van 'hersenen in een vat' - volgens Dennett hadden ze het lichaam juist niet nodig. Vandaar het 'gestoei' met de computer: immers, als de hersenen (en de geest) geen lichaam nodig hebben, dan is het in principe mogelijk dat er ooit bewuste computers zullen zijn. Dat de geest daarentegen wel degelijk een biologisch lichaam nodig heeft, omdat het ditzelfde lichaam is dat de geest tot 'geest' maakt, is ook de overtuiging van met name de Amerikaanse neurobioloog Antonio Damasio, bij wie Dennett zijn oor goed te luisteren heeft gelegd. In zijn boek 'De vergissing van Descartes' (dat net zo goed 'De vergissing van het materialisme' had kunnen heten), toont Damasio de totale verwevenheid van lichaam en geest aan. Dat betekent een definitieve streep door de geest/computermetafoor. Eeuwenlang hebben dualisten en materialisten een strijd gevoerd over de ware aard en gedaante van de geest. Dat het uitgerekend de geest zelf zou zijn die als lachende derde het strijdtoneel verlaat, en weer terugkeert in zijn natuurlijke behuizing - het lichaam - wie had dat ooit kunnen denken.

wcs

NOVEMBER/DECEMBER 1998

91

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's

VU Magazine 1998 - pagina 467

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's