GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de diepte - pagina 383

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de diepte - pagina 383

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

377 blijft in de zonde, en zoekt niet den levenden God. Vele tranen kunnen er gestort worden, zonder een enkelen traan over de zonde, zonder een enkelen traan van droefheid naar God. Maar ons harte is van nature van God afgewend, en naar de wereld toegekeerd. Dat moeten wij altijd in het oog houhoezeer wij hartveranderende den, opdat we bedenken mogen genade van noode hebben. En nu kan een mensch van nature zoo opgroeien, en eigenlijk zijn deel in de wereld zoeken. Wanneer opvoeding en omgeving, waarin hij komt te verkeeren, daartoe gunstig zyn, dan houdt hij wellicht, met meer of minder nauwgezetheid, de uitwendige godsdienstplichten aan de hand. Maar zyne omgeving, of ook zijn hart, kan er ook naar wezen, dat hij het ,

niet

doet. Hij is aan zijne zonde en schuld

voor God niet ontdekt. Hij Hartebehoefte aan Christus, en de gemeenschap met God in en door Hem, gevoelt hij niet. En wanneer hij nu niet in veel moeite komt, of daaruit nog al ras of gemakkelijk weder uitkomt; wanneer zijn leven nog al kalm daarheen vloeit; wanneer het hem wellicht in het tijdelijke niet onvoordeelig gaat; wanneer hij nog al voorspoedig o, dan kan in dien weg de aardschgezindheid, is die alleen door genade kan gebroken worden, zoo g e s t ij f d worden, o, Daar zijn menschen, die, gelijk Moab, van hunne jeugd aan gerust geweest zijn, met zulk een schadelijke gerustheid. Ze zoeken en ze vinden hun deel in de wereld. De wereld lacht hun toe. En och, al is het, dat ze soms geslagen worden door den Heere, ze gevoelen geen pijn. Het harte is van nature zoo onaandoenlijk, zelfs vaak op het gebied van het natuurlijk gevoel. Zoo kan het leven van een mensch daar zoo veilig heenvloeien, en hij weet niet, dat hij in het grootste gevaar verkeert, om eeuwig verloren te gaan. Hij beseft niet, dat het voor een zondaar alleen veilig is, wanneer hij in Christus geborgen mocht worden. Misschien is het volk, dat er zoo over denkt en dat ook in practijk brengt; het volk, welks tegenspoeden vele zijn, uit alle welke de Heere het echter redt, hem wel eens ter belaching in zijn hart. Hij maakt zich groot tegen den Heere, en aanbidt eigenlijk in zijn hart de goden der wereld. Van hetgeen hij verkrygt, denkt hij: » Heeft niet mijn wijsheid, mijn verstand, mijn bekwaamheid, mijn oppassendheid mij dit verworven?" Zoo is het eigenlijk in zijn hart, gelyk er staat: »Mijn afgod heeft die dingen gedaan, of mijn gesneden beeld, of mijn gegoten kent zijne ellende

niet.

beeld heeft u bevolen." o, Wat een onheilspellende gerustheid

,

waarin de mensch

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's

Uit de diepte - pagina 383

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's