Uit de diepte - pagina 574
;
568 wordt. Zoolang wij geheel in zijne macht zijn besloten en slaafsche werktuigen in zyne hand zijn, laat hij ons met rust en doet ons zijne werkingen niet met bewustheid gevoelen. Satan gaat om met zijne prooi als de potte bakker met het leem, of liever: als de smid met het ijzer, dat hij bewerkt, om straks als werktuig in zijne hand te dienen, teneinde daar-
mede anderen te treffen en eindelijk tot verderving van zijne prooi zelve te doen strekken. Maar indien wij uit Satans hand uitgerukt en leem in de hand van den hemelschen Pottebakker mogen geworden zijn, dan is al zijne werking ijdel, hoe krachtig en fel zij ook wezen moge. In Gods hand besloten, kan geene hand van Satan, hoe machtig, ons daaruit rukken. alle Gods uitverkorenen uit Satans in Gods hand over te brengen, heeft de Heere Jezus zich in Satans macht overgegeven en al do verzoekingen in zijn vleesch doorstaan, totdat Hij in den dood tenietgedaan heeft dengene, die het geweld des doods had, d. i. den duivel, om te verlossen alle degenen, die met vreeze des doods al hun leven der dienstbaarheid onderworpen waren (Hebr. 2 14, 15). Op de verzoekingen, den Heere Jezus door Satan aangedaan, wenschen wij eens de aandacht te vestigen, zooals zij tot een voorbeeld van en een troostgrond in de verzoekingen strekken, waarmede Satan dagelijks Gods kinderen aanvalt. Gy wendt zeker reeds uw oog naar de woestijn, mijne hoorders, waarin wij in den geest getuigen mogen zijn van den zwaarsten strijd, die ooit is gestreden en met de heerlijkste overwinning is bekroond. Die strijd wordt ons vooral duidelijk door Mattheus voorgesteld in het 4'^^ hoofdstuk van zgn Evangelie, en daarvan het l^^^ tot het ll^e vers:
Om
:
Toen werd Jezus van den Geest weggeleid verzocht te worden van den duivel.
in
de woestijn,
om
En
En de
Hem zijt,
Hij,
En
zijnde, zeide: Indien Gij
Daar
is
brood alleen niet leven, maar
mond Gods
Toen nam
Hem
Hem gekomen
zeg, dat deze steenen brooden worden.
antwoordende, zeide:
zal bij
dat door den
stelde
ten laatste.
verzoeker, tot
Gods Zoon
Doch mensch
dagen en veertig nachten gevast had,
veertig
Hij
als
hongerde
Hem
de
geschreven: bij
alle
De
woord,
uitgaat.
duivel
mede naar de
heilige stad,
en
op de tinne des tempels
zeide tot
Hem:
Indien
Gij
Gods Zoon
zijt,
werp Uzelven
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's