"Sion door recht verlost" - pagina 17

15

ook

een Recht des Heeren,

is

op

om

leggen en u daarbij vast

te

u dit recht zijner gerechtigheid

ontzettende, dat ze

God

aanklaagt.

geen

het

schepsel,

willekeur

in

De zonde

honden.

te

heeft dit

Vat dit toch diep.

maar God

zelf

Dit

is

ei'

n

dwingt

dat ge van tweeën één zult en moet doen, óf nzelven,

toe,

Hem

rechtvaardigen. liet recht

heid aller dingen

waarin de band en vastig-

zelf,

noodzaakt u daartoe, en het besef van

ligt,

dezen klem van het recht

ligt

zoo ontuitroeibaar

ingeprent,

dat ge het ook op

Ge kunt

het

uw zondepad Het

afschudden.

niet

óf

die}) in

uw

natuur

moet mededragen.

uw

kleeft in

innerlijkst

met vangeren en nagelen tot in de diepste wortelvezelen van uw hart. Ge kunt daarom niet zeggen ik zal wel Gods ree/// vertreden, maar nochtans God

bewustzijn. Het

klemt

zich

als

:

Neen, zeg

honden.

rechtvaardig

voor

ongerechtigheid," (1 Joh. 3 is

de

verdraaiing, ze

is

:

d.

4)

ik

ze

i.

»de zonde

u,

de

de ombuiging, ze

is

de verkeering van het recht.

God

stond in het paradijs klaagt daarom Satan

is

bij

—

Ter-

den mensch

mensch uit om als rechter over God te Gode aangewreven misdrijf, alsof Hij den

aan. Hij noodigt den

gaan

zitten

om

;

het

armen mensch bedrogen zou hebben, bijaldien

door te

hij

Hem

God

werkelijk

schuldig

af te stooten van zijn troon.

ontnemen, en

zelf

met

zijn

vrije

verein te gaan zitten in zijn plaats. strijd.

gaan heoordeelen vindt,

Hem het

maar

daardoor

mureering,

in

van

en,

te straffen

God-pelagius, sou-

wil, als

En nu

God

;

souverein gezag

ontstaat de rechts

Eenerzijds die valsche Satan, die de broederen

verklaagt,

en

te

God

bij

God aanklaagt in het menschenhart, ons opkomend die geest van gemor en murtegelijk

ontevredenheid

en opstand,

bovenal

en

die

goddeloos-vermetele inbeelding, dat wij de onschuldig vervolg-

den

En daartegenover

zijn.

kreukbare

Majesteit

én uitbrengt, eigene

God en

ziele

gaat

niet

zijn

het Eeuwige

de uitspraak volgt:

anders

binnenste

»Neen, God

en de ontzettende schuld staat

dit,

het

in

dat

met on-

tegen ons handhaaft

gerechtigheid

en niet aflaat eer in het

vrij uit,

Wezen,

is

is,

bij

hemel en

zelf

onzer

rechtvaardig, mij/"

aarde

—

Zoo

beheer-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen