Het werk van den Heiligen Geest - pagina 265
Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.
BEHOEFTE AAN ZULK EEX HEILIGE SCHEIFmUR. Dien
indruk ontvangen wij van de Evangeliën en de brieven volstrekt
Dat
niet.
geldt wel van de Openbaringen,
maken
den
al
van geschreven
indruk
vermoeden
Van
dan ook
aller
niets
;
zelfs
zijn.
hebben deze brieven en
te zijn,
zijn
dat
om
gaan neerzitten
alleen voor die bepaalde kerken
denkende dat ze en
eeuwen zou
wel de Openbaringen. Neen, ze maken
Pau lus, dat Johannes
dat
schreven,
van de overige ge-
door mannen, die er
te zijn
voorgezegd of gedicteerd
letterlijk
indruk,
niet
van hadden, dat ze op dat bepaalde oogenblik een stuk
werks deden, dat voor de kerk
Evangeliën
maar
Nieuwen Verbonds. Integendeel, deze Evangeliën en brieven
schriften des
geen
227
al
den
te schrijven,
van die bepaalde tijden
een eeuw later misschien geen letter meer van hun
er
brief zou te vinden zijn.
Wel
zijn
zij
er zich
van bewust geweest, dat ze den bijstand van den
om
Heiligen Geest genoten, bijstand genoten,
dat
om
waarheid
waarheid
te
kunnen
te
kunnen
schrijven, evenals ze dien
éfjjreA-e»,
in
hun predikatiën; maar
aan stukken voor de Heilige Schriftuur arbeidden,
zij
zie,
dat wisten
ze volstrekt niet.
Toen Paulus, met de
hem
in
lioenen
profetiën
van Jesaja of de Psalmen voor
de Romeinen voltooid had, zal het
aan
brief
zijn
opgekomen,
bij
millioeneu
om van
te -denken,
stellig
zich, zijn zelfs niet
dat deze zijn brief eens voor mil-
Gods even
kinderen
van verre
goddelijk gezag, ja, nog
hooger waarde dan die Godsspraken en die Psalmen erlangen zou.
Dat kon
En
stellig
gedacht,
niet gissen of
hij
hebben de eerste
dat
vermoeden. Daar heeft
lezers in
de kerk van
hij
niet aan gedacht.
Rome
er
evenmin aan
door dezen brief de namen van haar voornaamste leden na
achttien eeuwen nog in elk huis der Christenheid bekend zouden
Maar omdat Paulus
niet wist,
daarom wist de Heilige Geest het
Gelijk de Heere zoo dikwijls kennelijk de opvoeding van een meisje
wel.
vooruit
reeds zijn,
dit
zijn.
voor
als
zóó
inricht, dat ze
naderhand
blijkt juist
zoo opgevoed
te
haar saamgaan met haar toekomstigen man, maar dien ze
toen nog niet kende, noodig was, zoo ook kon de Heilige Geest zeer wel
de
hen
levensomstandigheden in
zulk een toestand inzetten, en zoodanige overwegingen in hen wek-
ken, en
al
zulke woorden in hen doen opkomen, als de Heilige Geest wist
dat noodig waren, gen.
van Paulus, Johannes en Petrus zóó leiden, en
En
terwijl
om
geschriften, als
zij
nalieten,
op het perkament
te bren-
de apostelen alzoo schreven aan stukken Schrifts, waarvan
zelven de beteekenis niet gisten,
maar waarvan de Heilige Geest
ze eens de schat der kerk van alle landen en eeuwen zouden
zij-
wist, dat
zijn,
kon de
Heilige Geest den gedachtengaug van deze apostelen zeer wel zóó besturen,
dat ze voor feilen behoed en in
alle
waarheid geleid werden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's