Locus de Consummatione Saeculi - pagina 482

150

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

meer krijgt de causa seciuida een peronptoir karaliter. want lioe liooger de ontwikkeling komt, des te meer ook het bewustzijn des mensclien zijn absoluten vorm. Hoe het hooger

uieiisclieii

Dit

is,

dos

moet wel zoo

bereikt

te

zijn,

ontwikkeld

bewustzijn

kracht, zien

we

die

in

de

in

aan een hoogere ontwikkeling van wilsAlexander den Clroote en Napoleon, personen, .,caasae secundae" zijn geweest in den meest

paart

zich

raaimen

als

wereldgeschiedenis

uitgestrekten zin des woords. Tegenover

vorm

het

aannemen

beivuste

schepsel

-moet de sonvereine

macht Gods

tweeërlei

:

P. dat aan het bewuste creatuur een ardinantie Gods wordt voorgehouden, het die in gehoorzaamheid volbrenge. Dit is de souvoreine macht Gods, die in den vorin van .,gebod" optreedt en alzoo den persoon beheerschcn wil. Maar daar nu 't bewuste creatuur causa secunda wordt, moet het met twee mogelijkheden geschapen zijn, om iets te doen en te laten, zooals dan ook in engelen- en menschenwereld geschied is. (We zullen hier niet uitweiden over den vrijen wil zoowel individueel als sociologisch genomen, maar spreken hier alleen met 't oog op de souvereiniteit Gods.) 2. Waar de souvereiniteit Gods gebiedenderwijs optreedt, daar volgt dan ook de tweede vorm. Want wanneer de souvereiniteit Gods tegenover het bewuste creatuur als causa secunda eenvoudig gebiedend optrad, terwijl in de causa secunda de mogelijkheid van twee dingen gegeven was, dan zou elk oogenblik in Arminiaanschen en Pelagiaanschen zin, het wereldbestel onzeker zijn, want de keuze van den mensch als de causa secunda zou dan causa prima worden, zich zelf zoo poneeren en God gedwongen worden zich te conformeeren aan de keuze van mensch of engel. Daarom moet de souvereiniteit Gods bij het bewtiste creatuur ook in den tweeden vorm optreden, nml. dat God de Heere wel speelruimte laat aan de causa secunda om zoo of anders te willen, maar dat 't eindresultaat van de daad in Gods bestel ligt opgesloten. Dit is de tegenstelling tusschen den geopenbaarden en verborgen ivH Gods. (Deze dogmata worden hier slechts herinnerd om tot het juiste begrip van de souvereiniteit Gods door te dringen.) Deze vorm van souvereiniteit Gods tegenover het bewuste creatuur draagt dientengevolge een vrij karakter, omdat ze in het bewustzijn ingaat. Dit noopt ons de vraag te stellen in welk verband de souvereiniteit Gods over het bewuste creatuur staat tot do schepping van dat creatuur. Deze vraag doet zich niet voor bij het onbewuste creatuur, omdat daar de schepping Gods saamvalt met het bestuur Gods. Bij het bewuste creatuur daarentegen bestaat eene tweeheid en wordt er een wigge tusschen ingeschoven. opdat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen