Locus de Consummatione Saeculi - pagina 448
College-dictaat van een der studenten
llö
College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).
komt men menten en is
tot
men
en
op 3000 jaren achter ons
schriftelijke
clan
wordt
alles
wat
er
aan monu-
literatuur bestaat zoo spaarzaam, dat er bijna niets
voor eene oase staat, waarin hier en daar een klein monument,
met 't
eindelooze stilte zonder eenige stem van menschelijke taal. Vandaar dat nooit gelukt is en gelukken zal om bv. een oorzakelijk verband te krijgen
tusschen is
onze Nederlandsche
taal,
die
van den Indogermaanschen taaistam
met het Maleisch en Japaneesch, want de tusschenschakels ontVoor den grond, waaruit zij opgekomen zijn en het verband geen
afgeleid
breken.
enkel gegeven.
De
2**.
Alle
linguïstiek
neemt ten
we
zoover
voor
talen,
de geheele formatie
allen tijde een verschijnsel aan, dat bevreemdt.
ze kennen, beginnen prachtig bv.
Y Sanskriet;
zoo zuiver als glas, er hapert niets aan, er zijn zuivere
is
maar hoe verder men gaat, vallen er brokstukken van de woorden af, slijten deze en is van lieverlee onder de uitspraak de etymologische formatie, de grammatische en syntactische constructie geheel regels en alles loopt schoon door,
wanneer we het tegenwoordige Engelsch met de vroegere herkennen is. Dit is in strijd met het standpunt der literarische faculteit, want deze leert juist den voortgang inhet menschelijk leven van minder naar beter, de talen moesten dus juister, schoener en doorzichtiger worden. Vergelijkt het Engelsch met het Sanskriet, dan is er in dit laatste een rijke weelde van klare en heldere vormen, terwijl het Engelsch een Germaansche taal is, die practisch gemakkelijk in 't spreken, een groote armoede verraadt wat betreft grammatica en constructie. Men ziet die taal verloopen, talen
al
zoodat
vergelijkt
minder,
meer
dit niet te
onklaarder en onzuiverder worden, totdat ze ten laatste niet een menigte afspraakteekens, bijna gelijk een conventioneele taal
al
is als
zonder leven.
Wanneer men
de Openbaring om de linguïstiek beoefent, dan twee elkander bestrijdende verschijnselen, analogie en anomalie. Aan den eenen kant kan de analogie zich in vaste regels openbaren, aan den anderen kant doet zich anomalie voor, waarvan geen rekenschap te geven is. Wil de linguïstiek dit verklaren, dan moet ze zeggen: 3".
stuit
men
„non
liquet."
Een
tijdlang is
begrijpelijk;
tegen
buiten
in de talen op
er
gepoogd
uit de
anomala de
taal op te
bouwen. Het
is
de vogels vergissen zich niet in hun slag, de taal heeft daaren-
Waarom ?
van do taal was stem reageerde tegen de taal een storend element gekomen, maar de linguïstiek kan het niet ver-
allerlei
uitzonderingen.
't
Is of de structuur
niet aangelegd op de menschelijke stem, of die of er is
klaren.
Hoe komt dat?
Antw.
Hierdoo)-,
(/(//
de
li)/giti>;/i('L-
huitjni
<Jc
hijzo})dvrc opciihariiig
om
niet
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's