Locus de Consummatione Saeculi - pagina 73

;

71

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

hoe hebben we dan die avaXvaig op te vatten ? Voor de beantwoording dezer vraag biedt de kennis, welke de medische wetenschap ons van het menschelijk lichaam geeft, ons de noodige gegevens. Kinderen verkeeren in geen andere meening dan dat, wat zij op school 6 a 7 jaar naast zich zien zitten, altijd dezelfde stof is en zal blijven. Doch de medische wetenschap zegt dit anders en leert, dat er in het lichaam plaats heeft een voortdurend nüvra qsl; de zienlijk zoowel als onzienlijk, is aan eene gestadige wissevoortdurend wordt stof, die tot het lichaam behoorde, weggenomen en afgescheiden en voortdurend worden ook door de inademing der lucht, ^oor de poriën en door de voeding nieuwe stofbestanddeelen in dat lichaam ingebracht. En hierdoor worden niet alleen bloed en spieren vernieuwd, maar

stof

van het lichaam,

ling onderhevig

;

ook het skelet en het zenuwweefsel is aan deze gestadige stofwisseling onderworpen. Zulk eene verwisseUng is voltooid in eene periode van ongeveer zeven jaar; daarbuiten gerekend, wat eenvoudig door het darmkanaal heengaat en in het organisme niet woi-dt opgenomen. Iemand dus, die b. v. 80 K.G. weegt, verliest die 80 K.G. geheel binnen een periode van zeven jaar, maar weegt desniettemin toch nog zooveel, wijl hij nieuwe stof in het organisme heeft

opgenomen. Hieruit volgt derhalve:

Ons wezenlijk lichaam hangt dus wel b. v. aan 80 K.G. stof, maar niet aan 80 K.G. bepaalde stof, die op een bepaald moment aanwezig is; die 80 K.G., welke het lichaam bij het sterven weegt, is niet het ware lichaam, het ivezenlyke, waaraan het voortbestaan gebonden is. al klimt het b. Iemand houdt hetzelfde lichaam en blijft dezelfde persoon, gewicht van zijn lichaam van 10 tot 80 K.G. Neem b. v. een kind van 15 K.G als dat kind man is geworden in de kracht des levens met een lichaam van 80 K.G., dan is het daarom toch dezelfde persoon gebleven, hoewel het gewicht geklommen is. En ook al takelt nu dat gewicht door hooger leeftijd weer a.

.

af tot 60 K.G., toch blijft het hetzelfde lichaam en dezelfde persoon. De identiteit van het lichaam hangt dus ook niet af van de gelijkheid

van

gewicht of maat. Al wisselt c.

zoowel wat de concrete stofdeelen aangaat, bij ons de stof, toch blijft één ding. Het menschelijk betreft; mensura en pondus als wat de proportie van zekere chemische zekere aan eene gebonden n.l. is bestaan

Wel laat deze proportie zekere latitude toe, maar toch is er een grens, een zekere, bepaalde verhouding mag niet overschreden. Men kan niet enkel uit koolstof of uit kalkstof bestaan. Zekere elementen moeten alle aanwezig zijn en tusschen deze moet een zekere proportie bestaan. Voor het sterven zou men daaruit dus tot deze conclusie kunnen komen dat het

bestanddeelen.

:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen