E voto Dordraceno - pagina 388
ZONDAG
376
Gods gelijk
zijnde
heeft
Hij
XIV.
zich
HOOFDSTUK
III.
zelven vernietigd en
is
den menschen
geworden".
Onder
ons,
eindelijk,
kennen de ouders hun kind, eer het kind
zijn
ouders kent.
Maar bij den Christus was ook dit omgekeerd. Toen de engel Gabriël aan Maria verscheen, kende de Zone Gods de moedermaagd reeds van verre. Hij zelf was meeverkiezende in de verkiezing geweest, waardoor Maria tot deze eere van „de gezegende onder de vrouwen" was uitverkoren. Niet de moeder beheerschte hier het kind, maar het kind was vóór de moeder. Het eeuwige, nooit wisselende subject in den Middelaar is en blijft de Zone Gods.
Nu
zijn
er vier stukken, die bij
vast gehouden: 20.
lo.
dat het
deze ontvangenis en geboorte moeten
was een ontvangenis van den
een geboorte uit Maria; 3o. een geboorte
in
Heiligen Geest;
gelijkheid aan de broe-
deren; en 40. een gelijkheid aan de broederen buiten alle zonde.
Over het eerste punt voegt ons het uiterste der soberheid. Toen de engel Gabriël er aan Maria de eerste mededeeling van deed, vroeg Maria, in eerbiedenisse en teedere verlegenheid: „Hoe zal dit wezen,
man bekenne
?"
En op die vraag van den eenige die er op had, omdat het haar eere als vrouw gold, heeft de engel haar dit heerlijk antwoord gegeven: ,,De Heilige Geest zal over u komen en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom ook dat Heilige, dat uit u zal geboren worden, zal Gods Zoon genaamd worden !" Dit is ons geopenbaard. Meer niet. En wat men ook peinze of zinne, nooit zal er óf schooner antwoord óf zinrijker verklaring gegeven worden. Nu nog, heden ten dage, is en blijft de eigenlijke ontvangenis van een kind des menschen een diepe verborgenheid. Hoe diep ook de onderzoekende wetenschap doordrong, de oorsprong des aanzijns en des levens van een menschenkind is en blijft een onontsluierd mysterie. En waar men tot de oorsprongen van het lichaam ook zóó ver moge zijn doorgedrongen, dat men waant de eerste wording bijna gegrepen te hebben, daar onttrekt alle naspeuring zelfs van den oorsprong van onze ziel zich geheel en al aan onze weetgierigheid. Zelfs de weg, die hier tot kennisse leiden kon, is ten deze nog onontsloten. We weten er schier niets van, door wat de wetenschap der ph3'^siologie en der zielkunde ons leert; en het weinige dat de Heilige Schrift ons openbaart, is uitsluitend van dewijl ik geen recht
zedelijke strekking.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's