GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 48

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 48

Derde deel

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

kan dat toe

XXVII. HOOFDSTUK VIL

ZOND.

50

De Doop komt als Verbondszegel alleen aan de kinderkens die in het Verbond staan, als uitwendige bondelingen door

niet.

van hen,

de kerk erkend worden, en alzoo als geloovigen voorkomen. Niet alsof het gede

loof in

de

kinderkens uit het geloof der ouders zou voortkomen, want

van het geloofsvermogen

inplanting

maar omdat het God

X

bijna

altoos

te

omdat

reeds werkte, en ook

heeft, de

beliefd

geslachten

uit

een vrijmachtige daad Gods;

is

voorwerpen

zijner uitverkiezing

doen geboren worden, waarin het geloof

Hij zich

ouders meestal als instrument bedient,

van de geloofswerkzaamheid

om

kens, door een Christelijke opvoeding, tot uiting te brengen. tot op zekere hoogte <^

voor de

kerk

is,

hun kinderkens van den

zelve

dat

stelling,

is

Men kan dus

wel zeggen, dat het geloof der ouders een aanwijzing

om

de aanwezigheid van het geloofsvermogen ook in

maar dit neemt niet weg, dat de bediening Doop nooit anders rusten kan dan op de onder-,

te onderstellen,

heiligen

in het te

doopen kind

zelf het ingeplante

op eene voor ons verborgene wijze, reeds aanwezig Dit

in de

het geloofsvermogen der kinder-

het cardinale punt, waar het

bij

geloofsvermogen,

is.

den Kinderdoop op aankomt.

Moeten onze kinderkens beschouwd worden, als in zonden ontvangen en geboren, maar in wie reeds een genadewerk Gods mag ondersteld worden,

t;

dan moeten ze gedoopt, en anders moet de Doop onzer kinderkens nageMen ziet dan ook aan de kerkelijke ontwikkeling in Amerika, dat

laten.

feitelijk

het niet

van een genadewerk in het kindeke de

onderstellen

geloovigen metterdaad tot afschaffing en vernieling van den Kinderdoop leidde.

"

Terwijl

meer dan een

toch 2

der

gezamenlijke' Gereformeerde kerken aldaar niet

millioen

Baptistengemeenten, terwijl

de

die

Methodisten,

leden

bedraagt

tellen,

den Kinderdoop die

het aantal leden der

bestrijden,

hem nog wel

bijhouden,

reeds

4

millioen;

maar toch onder-

mijnen, insgelijks reeds tot een ledental van 4 millioen klimmen.

Ten betooge nu dat de Gereformeerde kerken en de Gereformeerde godgeleerden in hun bloeitijd metterdaad bij den Kinderdoop in het te doopen kind een voorafgaand genadewerk Gods onderstelden, verwyzen we in de eerste plaats naar het Doopsformulier.

Het duidelijkst spreekt ons Doopsformulier zich .

die tot

den vader gericht wordt.

Nu

lette

men

er

uit in de eerste vraag,

wel op, dat de kerk hier

spreekt, en wel een Gereformeerde kerk, gelijk die behoort te wezen.

toegesproken zijn

De

vader treedt hier dus op, als iemand die op belijdenis van

Heere en Heiland reeds

de kerk spreekt

hem

geloovigen zijn en in

tot het heilig

Avondmaal

is

toegelaten; en

aan, wel wetende, dat er ook hypocrieten onder de

hem

natuurlijk een waarachtig geloovige onderstel-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 48

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's