GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de schaduwe des doods - pagina 260

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de schaduwe des doods - pagina 260

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

340

EEN BLOEM DES VELDS.

jonge leven was nog zoo weinig stain, zoo bloem. Nog geen bloem op hoogen stengel, maar een veldbloem in het gras verscholen en even zijn kleurig kopje boven dat gras uitstekend. En nu In

dat

was

nog

kwam

kleine,

alles

de woestijn, de wind, die den adem En onder die aanraking bezweek Het kopje boog de kleuren verbleekten, de onvaste de

wind

uit

des doods in zich droeg. het.

;

vormen versmolten. En zoo verdween het; om niet dan een zwevend beeld, en om dat zwevend beeld spelende herinneringen achter kleiner kring heilig,

omdat

een

zoo

te

Herinneringen slechts in niet van weet, in die wereld zich nog geen

laten.

maar waar de wereld

jong

kind

plaats veroveren kon.

Zoo was het een komen, om

te gaan een verschijnen, verdwijnen. En zoo sterven ze bij honderden en bij duizenden henen, die kleine lievelingen, bij God gekend, maar bij menschen ongemerkt voorbijgegaan. Veldbloemkens, die God gezaaid had, en die Gods engelen weer wegpinkten.

om

;

te

Voor hier waren ze God had ze bestemd

niet, als

sieraad voor zijn heiligen hemel.

Dat sterven dier kleinen mist

zooveel,

zoo

ge

is daarom zoo zinrijk en ge over hun geheimzinnig verdwijnen ;

heenglijdt.

Als

een

groot

mensch

mensch

heengaat,

is

er altoos zooveel

op Gods doen bijna niet gelet wordt; maar bij het sterfbed en bij het graf van een kindeke is Gods doen zoo het één en al. Dat kindeke had nog nauwelijks reden van bestaan, anders dan in wat God met hem voorhad; en van dat plan Gods met zulk een kind wist ge nauwelijks iets, en weet ge nog, o, zoo weinig. Het was u als een boek waarvan ge de tien eerste bladzijden leesdet; en toen wierd het u uit de handen genomen. En al het overige blijft u voor altoos een diepe verborgenheid. Ook hebt ge bij zulk een kindeke geen kenteekenen, waarnaar ge zijn vroomheid afmeet, om uit die vroomheid tot zijn deel aan Gods genade te besluiten, en zoo uw hope te stellen op wat voor oogen was. Want ook

over

dien

te zeggen, dat er

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's

In de schaduwe des doods - pagina 260

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's