De Christus en de sociale nooden en democratische klippen - pagina 4

4

nog een weinig

was

ik

nog

geduld geoefend? Toen de aanval

tijds

naav Pau vertrokken. Ik zat nog machte-

niet eens

loos opgesloten op de bovenverdieping in de gastvrije

van mijn lieven vriend en broeder

Deth

A'^an

niemand mij dan ook,

Wijslijk heeft

kwam, woning

te Brussel.

van

eer ik terug was,

den inhoud dier tegen-artikelen kennis gegeven.

was gekomen, kreeg ik

Eerst toen ik terug

er

met

veel moeite

een exemplaar van in handen. Natuurlijk

artikelen niet van den heer

deze

zijn

Die schrijft heel anders, en die zou nooit zulk een

Hem

hebben.

fluistert

niet,

al

Maas

tot

Ook die

het niet weten,

ik

want

Die

de

warmpjes

in

zit,

sluit ik

titel

zou mijn repliek on-

dit

van een

er

man

zou

zijn,

buiten mijn gedachtenkring.

neem de artikelen op zichzelf. En ook houd ik mij niet op bij den

titel.

toch: Een heele of een halve Christus, zou beleedigend

indien

zijn,

ik

den Amstel slechts éen welbekenden naam.

wil

er

gekozen

men er dus buiten; wie ze schreef weet men van de Linge tot de Maas en van

maken. Zelfs dat de schrijver

vrij

Ik

late

Lohman.

titel

niet

hij

dwaas ware en

dwaasheid zichzelf

in

tentoonstelde.

Het

is

er

mee

als dat ge

den eerst komenden Zondag zoudt pre-

diken over Jezus' woord: „Zijt niet bezorgd, wat ge eten of wat ge drinken zult", en dat dan den volgenden Zondag optrad en der goê-gemeente vertelde, dat

gij

Christus hadt gepredikt, en dat hij haar deswege delijk

uw collega

slechts den halven

nu eens

zou maken, dat een huisvader wel degelyk daags

te

op het vinden van onderhoud van zijn gezin bedacht moet dat dit

nu de andere

helft

van den Christus

zoo de gemeente een heelen Christus

is

;

dui-

voren zijn;

en dat eerst

krijgt.

Hierover dan ook geen woord meer.

We komen

op den inhoud.

Tegen dien inhoud nu hebben we, wat de strekking aangaat,

geen enkele bedenking. Het

is

volkomen waar, dat de

Christus ook aan het geld zyn positie heeft gelaten niet

gezegd heeft,

dat alle

rijken

;

volstrekt

hun rijkdom moesten

af-

geven; en dat wie maar goed voor zijn God, als eigenaar van alle

goed en geld, rentmeestert,

Doch waartoe

Niemand

dit

vrij

uitgaat.

zoo breed betoogd?

die het betwist heeft.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen