Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 187
college-dictaat van een der studenten
§ Er
nog een
is
kan
Providentia in relatione ad peccatuni.
Men kan zeggen
tweede.
God geen
dat
bestaat,
De
5.
noch tegen de Toch,
verstokking
liefde,
Daaruit
niets
is
Maar, ook
geeft.
blijft
zij
dus evenmin een klacht
genade,
af te leiden
noch tegen de rechtvaardigheid Gods.
men zeggen,
zal
genade
particuliere
nooit als recht geëischt.
een verstokking, die hierin
er is
:
187
blijft
dan
zijn
een
nog eene vraag.
wegnemen van
het
Zoo voorgesteld zou de remmende. Maar in de
woorden, die de H. S. bezigt, ontvangen we toch den indruk, dat er een positieve actie
Gods
schil
in
inzit
een uitdrijven tot
:
mensch nu
den
In
we
Den eenen dag
levenskracht.
onze levenskracht
veel
kwaad.
liet
afgescheiden van zonde of niet-zonde gradueel ver-
is
sterker,
zijn
zijn
we
we down, den
vroolijk,
anderen voelen
opgewonden.
we
Dat verschil
kunnen opmerken bestaat ook tusschen mensch en Zoo zijn de Engelschen forscher de zaken aanpakkend dan de Hollanders, omdat de levensenergie er hooger is. Als nu de levensenergie in een slecht mensch zeer zwak is, komt hij niet Daarom is het waar, dat groote misdatot een groote misdaad, anders wel. digers gemeenlijk menschen van buitengewone energie zijn. Dit nu toepassend op de zonde hebben we Het minderen van de zonde remmende genade kan gepaard gaan met een verhooging der levensenergie. Dan breekt de zonde schrikkelijk uit. Die twee momenten vormen het begrip van verharding posi-
dat
ons
bij
zelven
mensch, volk en volk.
:
en negatief.
tief
In
te
de derde plaats
zonder
gevallen
niet
kleven,
als
komt daar nog temptatie.
niets
beters
Men
kan
hij
Hij
is
heeft,
dit bij
:
in
het Paradijs
is
de mensch
God bestemd, niet om aan God maar om aan God te kleven bij voordoor
vervelend sujet in zijn omgeving hebben, waarmee men liever niet van doen heeft. Maar als men dagen lang in een eenzame streek gereisd en geen menschelijk gelaat ontmoet heeft, dan zal men, omdat er niets beters is, hem aanspreken, als men hem ziet. Zoo bekeur
boven
alles.
handelen velen God.
een
Als ze niets beters meer hebben, b.v.
Maar van zoo'n
bij
den dood, dan
God niet gediend. Integendeel Hij zet de verleidelijkste wezens op onzen weg om te zien, of we ondanks die alle zullen blijven zeggen God boven al. God is niet tevrêe dan met al onze liefde. Dat kan echter niet uitkomen, zoolang als we niets dan God hebben, want dan is er geen comparatie. Om die comparatie stelt God andere objecten op onzen weg. Dat is oorzaak, waarom Hij ons in Satan zoo'n ont-
doen ze het met God.
liefde is
:
zettend verleidelijk In
't
wezen
Paradijs wordt de
heeft voorgesteld.
mensch beproefd,
Wel wordt Satan gewoonlijk is
Satan toch
in
zijn
of hij
God boven Satan zou
kiezen.
afschuwelijk afgebeeld, maar, hoewel omgekeerd,
wezen de
heerlijkste engel.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
![Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 187](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/dictaten-dogmatiek-locus-de-providentia-peccato-foedere-christo/1910/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's