GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

AAN VRAGERS,

Onze lezer T. L. R. te 's Gr. schrijft:

Gaarna zag ik een tweetal vragen door u beantwoord,

iste. In Genesis 28: lezen wij, dat Izaak zijn zoon Jacob roept en hem zegent. Waarom deed hij dit, daar hij hem toch te voren reeds gezegend had (Gen, 27 : 28—29)?

Had deze zegen ook een andere strekking dan de eerste?

Den zegen, die in Gen. 37 wordt vermeld had Izaak gegeven zonder in het eerst recht te weten wien hij zegende, gelijk uit Gen. 27:24 blijkt. Nu echter was hem duidelijk geworden,

ook zeker uit de profetie die aan de geboorte van Jacob en Ezau was voorafgegaan, dat Jacob de meest gezegende moest zijn.

Vandaar dan ook, dat nu Jacob weg zou trekken naar een ver land, Izaak den zegen bevestigt, voor geldend verklaart. Hij ziet DU in hem ook den stamhouder, en voegt er dus bij, dat hij geen vrouw uit de Kanaanieten mocht nemen.

Mijn tweede vraag luidt:

Is het de roeping der Kerk zending te drijven en is dit ook uit haar belijdenisschriften te bewijzen?

Zending „drijven" is niet goed gezegd. 't Moet wezen de Zending behartigen, uitoefenen, of dergelijke.

Wat nu de zaak betreft zoo lezen we als Christus' bevel reeds in Matth. 28:19: aat dan henen, onderwijst alle de volkeren, hen doopende in den naam des Vaders en des Zoons, en des Heiligen Geestes; leerende hen onderhouden alles wat ik u geboden heb.

Hieruit blijkt de wil des Heeren, en zijn gemeente heeft vóór 300 jaren zoo goed als nu daarnaar gehandeld, al was er vaak verslapping.

Dat ook de belijdenisschriften hetzelfde zeggen kan onze vriend o. a. zien in de Formuliergebeden achter in 't Psalmboek, in het „gebed voor allen nood der Christenheid". Daarin wordt gebeden, dat het Evangelie (W«ra/ verkondigd en aangenomen worde, opdat de gansche wereld met de kennis van God vervuld worde; dat de Heere daartoe dienaars in Zijn oogst zende; dat Zijn rijk dagelijks toeneme, tot het volkomen worde.

Dezer dagen hoorde ik een spreker zeggen: „de vier wereldberoemde appelen". Wat be doelt men daarmede?

Men verstaat daaronder:

1. den appel, door het eten waarvan Adam zich het eerst bezondigde.

2. den gouden appel, die door Paris als prijs der schoonheid aan de godin Venus werd toegewezen.

3. den appel dien de Zwitser Teil wegschoot van het hoofd van zijn zoontje.

4. de vrucht, die van een boom viel onder welken de natuurkenner Newton zat, die door dien val op het denkbeeld kwam van de leer der zwaartekracht.

Er dient evenwel bij gezegd, dat van deze vier appelen zeker twee en wellicht vier niet echt zijn.

Is ook bekend wie de profeet Zacharias geweest is?

Tot antwoord diene dat er 3 profeten genoemd werden die zoo heetten. Van den een leest men in 2 Kron. 24 : 20; van den tweeden in 2 Kron. 26 : 5.

De derde echter is de meest bekende, wijl hij het voorlaatste boek van het Oude Testament heeft geschreven. Als deze nu hier boven wordt bedoeld, is alleen op te merken, dat al weten we van hem iets meer dan van de anderen, het toch vrij weinig is.

Zacharias dan stamde uit een priestergeslacht evenals b.v. Ezechiël. Hij heet Zacharia, de zoon van Iddo. De vader van Zacharia heette Becechia, doch misschien had hij dezen vroeg verloren, en was hij bij zijn grootvader Iddo opgevoed. Zoon kan trouwens ook een kleinzoon heeten.

Deze Iddo was het hoofd van een priestergeslacht in den tijd toen de Joden onder de leiding van Zerubbabel en Jozua stonden. Dit was bij den terugkeer uit de Babylonische ballingschap, tijdens koning Kores, 536 jaar vóór Christus.

Zacharias kwam zeer jong uit de ballingschap mee naar Jeruzalem. Ongeveer 20 jaar nadat de eerste Joden waren wedergekeerd begon hij zijn werk als profeet. Dat was, toen in Perzië koning Darius regeerde. Hij bediende dus het profetisch ambt, toen hij jong was. Wij lezen dan ook in Zach. 2:4: n hij zeide tot hem : Loop, spreek dezen jongeling aan, zeggende: eruzalem zal dorpswijze bewoond worden, vanwege de veelheid der menschen en der beesten, die in haar midden wezen zal.

Eerst later kwam hij tot het priesterambt. Dat blijkt uit Nehemia 12 : 16. Hij kwam daartoe onder de opvolger van den hoogepriester Jozua.

Als wij Haggai i: i vergelijken met Zacharia I: I bemerken we, dat Zacharias 3 maanden later dan Haggai begon te profeteeren.

Zijn naam heteekeat de Ifeere gedenki, en is als 't ware zelf een voorspelling, dat God Zijn volk niet vergeten, maar eeuwig Zijn verbond gedenken zou.

Hoe komt het vraagt A. te J. dat men soms tot iemand zegt: Loop naar de pomp ? Waarom wordt juist „de pomp" gezegd.

Er zijn meer van die min lieflijke uitdruk kingen als „loop naar den drommel", „de maan" enz. welke men nu juist niet jegens zijn vrienden gebruikt. Steeds wordt hij of zij tegen wien men 't heeft verwezen naar een plek waar hij ver weg is en dus niet meer voor den spreker hinderlijk zal wezen.

Nu is de pomp nog op vele dorpen ten algemeenen nutte op een openbare plaats gesteld, waar zij afgezonderd staat, b. v. op een pleintje of zoo; in alle geval buiten de huizen, alleen. „Loop naar de pomp" wil dus zeggen, naar een plek waar ge niet onder de menschen, maar alleen zijt, waar slechts van tijd tot tijd men schen komen, maar een groot deel van den dag niemand is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1906

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1906

De Heraut | 4 Pagina's