GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

T^XrXlE WJB? REliDJE2V.

NIEUWE PLANNEN.

XV.

Nog pas drie maanden had Rika de school bezocht, toen zij reeds haar huisgenooten kon verrassen met de mededeeling, dat zij tot een hoogere klasse was bevorderd. Mijnheer Braiidwijk en zijn vrouw wenschten haar hartelijk geluk. Mijnheer had ook van het hoofd der school een brief ontvangen, waarin Rika zeer geprezen werd en gezegd, dat zij evenveel aanleg als goeden wil bezat. „'t Is goed, dat je niet op dat dorp gebleven zijt, " sprak mijnheer tot Rika. „Nu kan er nog iets van je worden, dat je zelf en ons tot eer strekt. Over een paar dagen is er concert, dan moet je eens meegaan. Je hebt het wel verdiend, "

Mijnheer hield zijn woord. Op den bepaalden avond kwam het rijtuig voor en reden alle drie naar de concertzaal, die groot, fraai beschilderd en schitterend verlicht was. Op lange rijen kussenstoelen zaten heeren en dames, allen in hun beste pak. Op een verhevenheid was plaats voor de zangers en de muzikanten. Weldra begon het concert, en raischteu de tonen door de hooge zaal. Rika had nog nooit zoo iets gehoord. Al haar aandacht was bij de muziek en den zang, die haar oor streelde en geheel haar ziel vervulde. Geen oog wendde zij van het orkest af; alles om haar heen scheen ver en vergeten. Ja, met zulke strakke trekken en starende oogen keek zij voor zich uit, dat mevrouw haar eindelijk glimlachend eens aanstootte en zei: „Maar meisje, droom je of ben je wakker? Scheelt er wat aan? "

Rika schrikte op. Was ze eerst bleek geweest, nu werd ze vuurrood en keek verlegen even ter zijde. Ze bekwam echter spoedig en bespeurde toen, met wel wat verwondering, dat enkele aanwezigen met elkaar stilletjes zaten te fluisteren, anderen weer de mooie kleeren van hun buren zaten te bekijken en enkelen een zeer vervelend gezicht zett'en. Zij begreep toen, dat niet alle menschen hier kwamen om de muziek en den zang.

Doch bij haar was het wel zoo. Toen na een korte - rust, weer de muziek door de zaal ruischte, begeleid door de prachtige volle stemmen van eenige zangeressen, voelde Rika zich als in verrukking meegesleept. Eiken toon, eiken klank ving zij op, de ooren spitsend — wel te weten, zoover dat mogelijk is — om toch maar niets te verliezen, 't Werd laat — ongewoon laat voor Rika, maar geen slaap hinderde haar, zelfs geen vermoeienis, al was zij, ouder gewoonte, vrij vroeg op geweest. En 't verbaasde, ja hinderde haar, toen zij een heer knikkebollen en een paar juffers dutten zag.

Den volgenden dag werd er thuis nog druk over het concert gepraat, en Rika had geen woorden genoeg om te beschrijven hoeveel zij genoten had. Mijnheer Brandwijk die zelf veel van muziek hield, vroeg na een poos of zij zich vroeger ook al in de toonkunst had geoefend, en toen Rika zei: „Niet veel, " was zijn antwoord: „Dat is wel jammer, maar je bent niet te oud om er nog aan te beginnen." 't Gevolg van'het concertbezoek was, dat mijnheer Brandwijk, den directeur van de school ging opzoeken, en ook eens sprak met mijnheer Smit. En allen kwamen daarna overeen, dat Rika uitnemend geschikt was om opgeleid te worden „voor de kunst." Daarmee werd 'door de heeren bedoeld, dat zij aanleg had voor tooneelspeelster en hoogstwaarschijnlijk ook wel voor zangeres. Zoo niet het een dan het ander. In elk geval zou zij het wel ver in de wereld kunnen brengen. Daar Rika echter vooreerst nog vele dingen te leeren had, eer zij aan „de kunst" kon beginnen, zei mijnheer Brandwijk noch aan haar noch aan haar ouders iets van het bij hem gevormde plan. Dat zou wel geschieden als de tijd er voor rijp was. Voortaan zou het meisje evenwel ook onderwezen worden in muziek en zang, opdat blijken zou of zij daarin gaven had.

Nu, dat was zoo. Rika bleek een stem te hebben, die evengoed tot fraai lezen als tot fraai zingen geschikt was. Trouwens, dat zij een schoone zuivere stem had, was reeds bekend uit den tijd toen zij nog op school zingen leerde. Maar nu werd het nog duidelijker. De onderwijzers hadden zelden zoo weinig moeite gehad als bij deze leerling, die een fijn gehoor had en de tonen even goed en juist onderscheidde als voortbracht. Wel kostte muziek-en zangleer haar veel inspaning. Maar ook hier werd het aloude vers waarheid: Lust en liefde tot een ding, maakt alle moeite en last gering. Daarbij kwam dat Rika al wat zij van muziek en zang wist, kostelijk en met eere kon gebruiken in het huis waar zij woonde. En dat moedigde haar krachtig aan.

Zoo voldeed dan Rika allen in haar omgang en kreeg een goeden naam bij velen. Dit nu is niet te verachten, gelijk de Schrift ons leert, maar het hoogste is het niet. En dat wordt er vaak bij en door vergeten.

Had Rika \ zich al aanstonds — gelijk we zagen — met het Bijbellezen gemakkelijk gemaakt, allengs verloor zij geheel den lust er toe. Werd in het huis waar zij woonde meer uit sleur dan uit behoefte gebeden, weldra was het haar bij haar morgen-en haar avondgebed evenzoo. In enkele weken had zij zooveel gezien, gehoord en opgemerkt, dat alles haar nu anders voorkwam dan vroeger. Tot kerkgaan gevoelde zij al spoedig weinig opgewektheid meer, en van de catechisatie, werd met goedvinden harer ouders, maar geen werk gemaakt, „zoo lang zij nog zoo nieuw was in haar werk" — een nieuwheid die vele maanden duurde. Grootvader had haar een paar goede boeken meegegeven, maar toen Rika ze na een poos begon te lezen, vond ze al spoedig, dat die toch wat al te godsdienstig waren. Hier in huis waren veel prettiger boeken. Kortom, veel goeds dat in huis en op school en in de kerk in Rika's hart was gebracht, veel goed zaad, dreigde te verstikken onder de doornen, We weten wat de Heere Jezus in de gelijkenis van den Zaaier daarmee zeggen wil.

Toen Rika een poos na haar komst in de stad, eens haar ouders zou gaan bezoeken, werd mevrouw ziek. Zoodoende werd, hoe hartelijk zij ook verlangde eens allen weer te zien, de reis uitgesteld. Eindelijk kon zij echter gaan en mocht enkele dagen blijven. De gulheid van mijnheer Brandwijk had haar in staat gesteld voor Kobus een teekendoos te koopen, en nog allerlei kleine geschenken voor anderen. Vol verlangen en blij ging zij weg. Wat zou ze, al had zij ook reeds verscheiden brieven naar huis geschreven, nog veel hebben te vertellen!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 februari 1907

De Heraut | 4 Pagina's

Voor kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 februari 1907

De Heraut | 4 Pagina's