De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 237

DE G E R E F O R M E E R D E

WERELD

William Nicol was niet alleen kritisch over de hoogleraren van de v u : 'Die prediking in Amsterdam in 1 9 1 1 het ons taamlik koud gelaat'. 73 De preken bevredigden het verstand wel, maar niet het gemoed. 'Dit was moeilik om te sê watter persoonlike besluit jy nou eintlik na aanleiding van die diens geneem het. 'n Opsomming van 'n hoofstuk uit die dogmatiek is ook nouliks bereken om tot 'n besluit te lei'. Gesprekken erover met mede-vu-studenten versterkten de teleurstelling: 'ons eis, dat die preek met ons gewete en wil moet spreek, [is] meteens aanvaar as bewys dat ons onder Metodistiese invloed verkeer het.' De klacht over het intellectualistisch karakter van de gereformeerde prediking werd ook in later jaren gehoord. Een vu-student als N.J. van der Merwe had het tien jaar later over 'die koue prediking van Amsterdam' en Jac. J. Müller omstreeks 1 9 3 0 over de geringe 'stigting en siele-voedsel'. 74 Anders dan Nicol, die de v u na een jaartje verruilde voor Princeton, bleef Van der Merwe een dankbaar leerling van de v u . 'Wij zijn de Vrije Universiteit veel verschuldigd', schreef een andere promotus in 1 9 1 6 , H. S. Pretorius. 75 En Müller zond ondanks zijn kritiek zijn vu-proefschrift de wereld in met de bede, dat het mocht bijdragen tot 'die bevestiging van die suiwere Gereformeerde leertiepe in Suid-Afrika\ 7<s B. J. de Klerk bedankte in 1937 Vollenhoven voor zijn 'interessante voorlesings oor die geskiedenis van de wysbegeerte' en F. J. M. Potgieter (1939) 'vir die gesprekke, waarin U groot gawes deurgestraal het'. 77 Bij de verschijning van Dooyeweerds Wijsbegeerte van de Wetsidee in 1935 feliciteerde H . G . Stoker de auteur met 'hierdie pragwerk': 'Ek mag wel as oortuiging uitspreek dat hierdie werk - in ieder geval in gelowige kringe - klassieke waarde toegeken sal word'. 78 Kortom: het oordeel van de Zuid-Afrikanen over de gereformeerde wereld, zoals in Nederland ontmoet, weerspiegelde veelszins hun eigen kerkelijke achtergronden en overtuigingen. Maar ondanks hun kanttekeningen besloten zij hun eindoordeel gewoonlijk met hun 'land- en geloofsgenote' om, 'gesien al die mooie en goeie wat ons hier in Nederland gekry het, studie aan die Vrije Universiteit' warm aan te bevelen. 79

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen