Bijzondere chemie?! - pagina 163

ORGANISCHE

EN A N O R G A N I S C H E

CHEMIE

nend, maar er werd ook fundamenteel onderzoek verricht. De afdeling vormde een onmisbare schakel in het onderzoek van de Vakgroep Organische Chemie. Door de introductie van nieuwe isolatietechnieken en moderne identificatiemethoden nam de productie in het organisch onderzoek toe. Eind jaren zeventig werd de belangstelling van diverse andere vakgroepen voor deze technieken steeds groter. Er vond een opsplitsing van de n m R-MS-afdeling in twee secties plaats. De secties waren werkzaam voor de gehele faculteit, en stonden elk onder leiding van een specialist. Dr. F. J. J. de Kanter leidde de sectie n m r . De analist E. A. I. M. Evers, die na zijn vertrek naarTNO in Zeist in 1986 werd opgevolgd door dr. B. L. M. van Baar, leidde de sectie M S. In 1985 werd de anorganische chemie als onderdeel van de taakaanpassingsoperatie van 1983 samengevoegd met de organische chemie tot de Vakgroep Organische en Anorganische Chemie (OAC). De anorganische chemie stond onder leiding van prof. dr. S. Balt, die in 1971 tot lector en in 1980 tot hoogleraar in de anorganische chemie was benoemd. In de periode voor 1983 maakte de anorganische chemie deel uit van de eerste leerstoel theoretische en anorganische chemie onder leiding van prof. dr. P. Ros. Het onderzoek richtte zich in die tijd op de kinetiek van substitutiereacties en op formazanen, onder leiding van dr. M. W. G. de Bolster en dr. W. E. Renkema. Binnen het kinetisch onderzoek lag de nadruk op snelle reacties in vloeibare ammonia, waarvoor speciale apparatuur gebruikt werd. Na de samenvoeging met organische chemie werd het onderzoek, in samenwerking met Klumpp, verbreed tot bio-anorganische studies rond het thema co-enzym B I2 . Onder leiding van Van der Baan en De Bolster werd door synthetisch en mechanistisch onderzoek aan een reeks gebrugde modelverbindingen de mogelijke rol van kobalt bij door co-enzym BI2 geïnitieerde omleggingsreacties bestudeerd. Ook de bijzonder hoogleraar prof. dr. P. W. Jolly, die verbonden was aan het Max-Planck-Institut für Kohlenforschung in Mülheim, was bij dit onderzoek betrokken. Met de taakaanpassingsoperatie van 1983 werd de neergang van de anorganische chemie ingezet. De verdere bezuinigingen en personeelsreducties in de jaren negentig resulteerden in het beëindigen van het anorganische onderzoek aan de Vrije Universiteit. Alleen het onderwijs in de anorganische chemie werd instandgehouden. Balt en De Bolster verzorgden dit onderwijs.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen