Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 114
Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)
het paedologisch instituut op eigen benen
wel aandacht voor, maar gezinstherapie kreeg een duidelijker accent in de methodische aanpak. 38 Een derde troef was dat hulpverlening aan deze instelling tegemoet kwam aan de behoeften die in de maatschappij leefden en de problemen die zich daar voordeden. De Wit gaf als voorbeeld: ‘Wanneer kinderen en jeugdigen die tot culturele minderheden behoren bedreigde groepen in de samenleving zijn, zullen nieuwe en aangepaste vormen van hulpverlening voor hen moeten worden ontwikkeld.’ 39 Om zowel als hulpverleningsinstantie en als wetenschappelijke instelling te functioneren en de relatie tussen beide recht te doen was er differentiatie nodig. De Wit stond al bij zijn aantreden voor ogen dat hulp in de thuissituatie en het behandelen van thuiswonende kinderen een aparte aanpak vergde. Zijn plannen om structurele ambulante hulpverlening te bieden kreeg gestalte in het in 1967 onder de paraplu van het pi gestichte Ambulatorium (zie hoofdstuk 9). Het voordeel daarvan was ook dat oudere kinderen zo geholpen konden worden en meerdere typen hulpverlening ontstonden. 40 Dat was ook van belang voor het aan de instelling gerelateerde wetenschappelijk werk en de opleiding van professionals. 41 Het Ambulatorium ging al snel Centrum voor Pedotherapie en Jeugdpsychologie heten. Zo kon een continuüm aan zorg geboden worden, afhankelijk van de problematiek in een residentiële of poliklinische vorm. Wanneer nodig kon een kind van de residentiële setting naar de ambulante doorstromen of bij kinderen tot 13 jaar andersom. 42 Daarnaast breidde het researchwerk zich verder uit in het Centrum voor Pedagogisch-Didactische Onderzoekingen (zie hoofdstuk 8). Dat onderhield een netwerk van contacten binnen en buiten Nederland. Dit centrum, samen met het Ambulatorium en het oorspronkelijke instituut, sinds de late jaren zestig als Centrum voor Residentiële Behandeling en Observaties (crb) aangeduid, vormden samen het Paedologisch Instituut. Het pi timmerde aan de internationale weg door het organiseren van een congres over de integratie van theorie en praktijk in de jeugdhulpverlening ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan in 1981. Daar hielden buitenlandse kopstukken, contacten van het pi, lezingen over het belang van de peergroep en het gezin, cognitieve ontwikkeling, neuropsychologie, psychotherapie en gedragsanalyse. De uitbreiding van het werk bracht met zich mee dat de drie onderdelen van het instituut elk een eigen bestuurder kregen. Voor de resi-
Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 113 2e proef
113
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006
Historische Reeks | 247 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006
Historische Reeks | 247 Pagina's