GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 104

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 104

Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

het paedologisch instituut op eigen benen

jongen dan verzet rijst.” Deze psycholoog had tot zulk een uitspraak geen enkel recht. Hij zei alleen iets omtrent zichzelf.’ 24 Waterink had nog wel veel invloed op de opname van particuliere patiënten. Dat was echter een in omvang afnemende categorie. Zijn maandblad Moeder was inmiddels alom bekend en vele ouders lazen zijn boekjes met pedagogische adviezen. Ouders kwamen zo met hun kind op zijn spreekuur terecht. Op zijn bureau stond een grote bus waarin ouders hun vrijwillige bijdrage konden storten voor het in principe gratis consult. Aan uitgebreid onderzoek van het kind in het laboratorium waren overigens wel kosten verbonden. 25 Midden jaren vijftig lag dat op fl. 120 voor een dag testen. Op grond hiervan werd het kind opgenomen of kregen ouders adviezen. Soms besloot hij tot ambulante hulp als het gezin in of in de buurt van Amsterdam woonde. Het kind kwam dan enkele uurtjes per week voor therapie op het instituut of ging alleen naar de aan het instituut verbonden school.

het onderwijs Al tijdens de oorlog liet de school ook externe leerlingen toe; doorgaans kinderen die in Amsterdam woonden en bij wie vooral leerproblemen speelden. Zo nodig kregen ze aanvullende therapie. In de oorlogsjaren waren naast het hoofd de onderwijzeressen J. H. A. van der Veen, tevens bevoegd voor handwerken, en M. J. Voogd aan de school verbonden. De school stond bij het Ministerie van Onderwijs te boek als school voor zwakzinnige kinderen; een concept dat niet meer paste bij de school van het pi. Leerlingen waren nu in niveaugroepen verdeeld. Van der Veen zou tot haar pensioen in de jaren zestig aan de school verbonden blijven. De aanvragen voor een vierde leerkracht in 1946 en een vijfde in 1948, nodig vanwege sterke toename van het aantal kinderen, werden door de minister uiteindelijk geweigerd. Een vierde leerkracht moest uit eigen middelen worden betaald. De klassen waren dan ook vrij groot: gemiddeld 20 tot 23 leerlingen per klas. 26 Een Koninklijk Besluit uit 1949, dat het buitengewoon onderwijs opnieuw definieerde en reguleerde, bracht ook scholen verbonden aan pedologische instituten als een aparte categorie onder bij het buitengewoon onderwijs. Waterink had hierin een prominente rol gespeeld. Voor de school betekende dit besluit, dat er meer rijkssubsidie

Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 103 2e proef

103

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 104

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's