GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 211

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 211

Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

van ambulatorium tot forensische jeugdpsychiatrie

gedragsmodificatie

210

Het Ambulatorium ontwikkelde zich na 1973 tot een expertisecentrum op het gebied van gedragsmodificatie bij ernstig gedragsgestoorde jongeren tot 21 jaar. De ‘lichtere gevallen’ kwamen niet meer voor behandeling in aanmerking. Drie ontwikkelingen hebben daaraan bijgedragen. Allereerst de uitbouw van het voortgezet onderwijs, mede door diverse verlengingen van de leerplicht, en de ontwikkeling van een zorgstructuur in dat onderwijs. Op scholen kwamen schoolpsychologen in dienst, riagg’s (Regionale Instelling voor Ambulante Geestelijk Gezondheidszorg) kregen een jeugdafdeling, die samenwerkte met de gemeentelijke leerplichtambtenaar. De laatste kreeg een belangrijker taak in het tegengaan van schooluitval.10 Ten tweede was er een verharding in de samenleving en nam de criminaliteit van jongeren in omvang en ernst toe. Deze was vooral groot onder de in omvang toenemende groep allochtone jongeren. Deze kampten met problemen van cultuurverschillen, terwijl een deel tot de vluchtelingen behoorde met traumatische ervaringen in hun thuisland. Bovendien bleek uit onderzoek (1995) onder jeugdige delinquenten dat zij zeven maal zoveel psychopathologische verschijnselen hadden dan niet-delinquenten van dezelfde leeftijd. Zij kregen echter niet een daarbij passende hulp zodat het aantal dat na straf in het oude gedrag terugviel, groot bleef. Het merendeel van zulke jongeren ging een proces van jeugdreclassering en straf in zonder dat er diagnostiek was verricht naar psychiatrische ziektebeelden.11 Ten derde hadden veranderingen in de jeugdpsychiatrie tot gevolg dat het Ambulatorium zich meer op jongeren met een ernstige gedragsproblematiek richtte. Psychiaters vóór de Tweede Wereldoorlog, in bijvoorbeeld in de Valeriuskliniek van de Vrije Universiteit en verbonden aan Medische Opvoedkundige Bureaus, hielden zich vooral met kinderen en niet met jongeren bezig. Ze baseerden zich voornamelijk op de psychoanalyse van Sigmund Freud en zijn dochter Anna. Psychische problemen zouden hun oorzaak hebben in de vroege kinderjaren. Pas midden jaren vijftig, toen de cijfers van de jeugdcriminaliteit stegen, kwam er aandacht voor jongeren met een psychiatrisch ziektebeeld. De toenemende aandacht voor kinder‑ en jeugdpsychiatrie leidde tot de aanstelling van de eerste hoogleraar jeugdpsychiatrie in 1957 in de persoon van Th. Hart de Ruyter aan de Universiteit

Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 210 2e proef

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 211

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's