Veertigste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 17

XV .

3. de kennisneming en behandeling vam een jaarlijk/s éoot bet bestuur uit te. brengen verslag van den toestand der A^ei!©©öiging gedurende het laatstverloopen jaar; 4. de benoeming van bestuursleden uit eene voordracht vaa «linstens twee personen, die door directeuren en curatoren geaaleenlök in eene gecombineerde vergadering is opgemaakt, maar die door de vergadering, op voorstel van één of meer harer leden, ma^ worden uitgebreid; 5. de benoeming en instructie van eene commissie, die toeaicht houdt op het geldelijk beheer, de jaaxlijksche pekening en verantwoording van het bestuur naziet én beoordeelt, en van hare bevinding verslag doet in de gewone jaarvergadering, aan wier goedkeuring die rekening en verantwoording onderworpen is; 6. de beslissing over voorstellen van het bestuur tot het aangaan van eene overeenkomst, als in art. 3 bedoeld is, en voorts over alle voorstellen tot verandering in de statuten of tot ontbinding van de Vereeniging, met inachtneming van hetgeen te dien aanzien bepaald is in art. 10, art. 11 en art. 12; en 7. het geven van consideratiën en advies over alle andere «aken, die door het bestuur, of met vergunning van de vergadering, worden ter sprake gebracht. Bji alle stemmingen, van welken aard ook, beslist de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen; en wanneer blijkt, dat deze niet kan verkregen worden, wordt bij benoemingen door het lot beslist, en bij zaken van anderen aard door de stem vaa den door het huishoudelijk reglement aangewezen voorzitter. A r t . 6. Het bestuur der Vereeniging bestaat uit vijf direeéararen, vaa welke jaarlijks volgens vasten rooster één aftreedt, die niet terstond herkiesbaar is. Zoo lang zq directeuren z^n, moeten z^ ook tot de leden der Vereeniging behooren. Aan hen is met name opgedragen, behoudens hetgeen mocht bepaald zijn in eene over«enkomst, als in art. 3 bedoeld is: 1. het maken en wijzigen van een huishoudelijk reglement tot regeling hunner werkzaamheden; 2. het maken en wijzigen van eene instructie voor de curatoren van de scholen-der Vereeniging; waarbij steeds vooraf het advies moet zijn ingewonnen van curatoren zelven; 3. het beheer over alle eigendommen, fondsen en geldmiddelen der Vereeniging, onder het toezicht en de verantwoording, in art. 5 bepaald, en met persoonl^ke aansprakelijkheid in geval van verlies door nalatigheid of door wanbeheer;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen