Jaarboek 1964 - pagina 32
Teneinde mijn laatste ambtshandeling te kunnen verrichten nodig ik hem uit naast mij plaats te nemen. Beste Schippers. Wij hebben in het afgelopen jaar nauw samengewerkt. Als secretaris van de Senaat, maar met name als mede-bestuurder hebben wij vele problemen samen besproken en zo mogelijk tot een oplossing gebracht. Onze samenwerking was voortreffelijk en ik hoop, dat gij het met Uw opvolger, de hoogleraar Algera, even goed zult kunnen vinden. De zaken, waarmee een rector zich moet bezig houden, zijn U geenszins onbekend. Uw grote bestuurservaring en bestuurskracht, die algemeen bekend zijn, zullen U ongetwijfeld de vervulling van het ambt vergemakkelijken. Het is mij ambtshalve en persoonlijk een voorrecht en een vreugde U het teken der rectorale waardigheid om te hangen en U uit te roepen tot rector magnificus! Salve Rector, iterum, iterumque salve! Vivat, crescat, floreat academia nostra! Ik heb gezegd.
30
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1964
Jaarboeken | 170 Pagina's