GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1966 - pagina 77

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1966 - pagina 77

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

te onderscheiden. De stotteraar is als redenaar, niet als hoogleraar onbruikbaar. Wat bij middelbaar onderricht doorslaggevend is, behoeft dit bij universiteiten en hogescholen geenszins te zijn. De universiteit zal ook bij grote leerlingenscharen drijven op de hoogleraren. Helaas gedragen deze zich soms als verwende kinderen. Zij vergelijken de positie van hun faculteit met de best toegeruste overeenkomstige in Nederland of met de modernst opgezette in het buitenland, wanneer het voordeliger uitkomt. Zich vastklampend aan de universiteit, die het van zonderlinge, afwijkende onmogelijke figuren voor een gedeelte moet hebben, menen zij bij tijden zich aan iedere redelijke samenwerking te kunnen onttrekken. Gaarne slaan vanuit de eenzaamheid der studeerkamer geleerden de profetenmantel om en dragen hun inzichten voor werkelijk ex cathedra en urbi et orbi, veranderingen op stel en sprong verwachtend, vergetend hoe zelfs concilies tij d nodig hebben om door te werken en blind voor het feit dat universiteitsvernieuwing niet een „happening" is. Het is een feit dat de wetenschappelijke werker in de regel rust nodig heeft, dat een universiteit niet op een afgejakkerd bedrijf moet gaan lijken, dat niets naargeestigers is dan dertig examens of tentamens in een week af te nemen - wat soms nog bescheiden getallen vormen - en dat er docenten zijn die onder de op hen drukkende last bijkans bezwijken. Maar als hier en ginds de mokkende hoogleraar die begint met aan curatoren en overheidsinstanties te vragen: ,,Wat wordt er voor mij gedaan?", een wat vertrouwde gestalte gaat vormen in het wetenschappelijk pantheon, is er iets mis. Grote mannen van wetenschap hebben onder barre omstandigheden gewerkt. Zodra docenten weigeren met de realiteit rekening te houden, richten zij in hun misplaatste verbittering nodeloos schade aan. Want de universiteit is met wondermiddelen - gestroomlijnde organisaties krachtens deskundige adviezen, onbekrompen behuizing, grote personeelsbezetting, overvloedige apparatuur - niet geholpen. De wijsheid van de Oxfordse tuinman over zijn gazons: ,,You cut it, and feed it, and water it an roll it for five hundred years", lijkt wat naïef, maar heeft diepere zin. Academies kunnen naar zich begrijpen laat van hun ouderd o m en eerbiedwaardigheid niet leven. Echte diepe gedachten omtrent vrijheid, verantwoordelijkheid, vergaande eigen75

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

Jaarboeken | 168 Pagina's

Jaarboek 1966 - pagina 77

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

Jaarboeken | 168 Pagina's