Jaarboek 1973-1974 - pagina 44

Het ware overigens interessant te weten of een grote universiteit kostbaarder is dan een tweetal kleinere. Van een andere studieopzet, beperking der hoorcolleges, uitgebreid benutten van audiovisuele middelen, van moderne onderwijsmethoden ook is nogal wat te verwachten. Goed is het te bedenken hoe Engelse levenswijsheid verklaarde dat iedere dwaas de gevorderde studenten kon nemen, daarentegen het onderricht aan beginnelingen in de handen moest liggen van eerste klas docenten. Ook bij deze ontwikkeling zal er hoewel in bescheiden mate aan meer wetenschappelijk personeel behoefte zijn. Voor de evenwichtige oplossing vormt een belemmering dat een verkeerde uitleg wordt gegeven aan de op zichzelf niet af te keuren leuze: „wetenschappelijk onderwijs voor ieder". Het onderricht op de lagere school levert gelukkig voor het merendeel der kinderen geen ernstige moeilijkheid op, al treedt verscheidenheid van gaven aan het licht. Bij het daarna volgend onderwijs wil men tegenwoordig zo lang mogelijk de ongescheidenheid handhaven. Het uiteenbuigen der wegen van hen die wel en hen die niet gaan studeren wordt als pijnlijk ervaren èn vanwege het geestelijk testimonium paupertatis dat uitgedeeld wordt, èn vanwege de waarschijnlijk minder riante betrekkingen die openliggen. Wat het eerste punt betreft: hieraan kan heel wat gedaan worden door andere capaciteiten in afzonderlijke opleidingen tot haar recht te laten komen. De uiteenlopende beloning van verschillende „middelbare" diploma's en de aanvankelijk of blijvend grote achterstand voor hen die als resultaten van hun scholing niets kunnen overleggen, is een sociaal probleem, dat niet vanuit het onderwijs alleen kan worden opgelost. Wanneer om welke reden ook het universitaire onderwijs massaal wordt gezocht - er zijn studenten „who want to be certified, not civilized" - noopt dit universiteiten en hogescholen nog niet tot massale toelating. Of zij zich zullen blijven verlaten op de getuigschriften van gymnasia, athenea en andere scholen? Men bepleit al het eigen universitaire toelatingsexamen, dat inderdaad een mogelijkheid biedt maar door het bezwaar wordt gedrukt dat de voorbereidende wetenschappelijke school haar aanzien en sfeer verliest, dat het peil der leerkrachten dalen zal, en dat jongelui op een geestelijk lenige leeftijd straks enkele jaren beneden hun kunnen bezig zijn. Wetenschappelijk onderwijs moet bepaalde doeleinden verwezenlijken. Een genieten daarvan mag niet op bijkomstige bezwaren afstuiten. Zo goed als het pad naar het kunstenaarschap voor ieder bewandelbaar dient te zijn, is dit met de naar academische graden voerende wegen het geval. Doch beide keren behoren het de geschikten te wezen. Dus is selectie en zelfs herhaalde selectie ook aan de academie niet af te wijzen, integendeel, is zij ondanks alle noodzakelijke fouten die daarbij worden gemaakt, onmisbaar. Het loopt verkeerd 44

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen