GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1980-1981 - pagina 51

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1980-1981 - pagina 51

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

"de wapenen voor de wetenschappelijke vooruitgang" beschouwd worden. Ze zijn onmisbaar voor het onderzoek en dienen bij voortduring vernieuwd te kunnen worden. Als we nu voor Nederland de uitgaven voor deze apparatuur per wetenschappelijke medewerker in de ^-faculteiten in 1965 op 100 stellen dan is dit getal, gecorrigeerd voor inflatie, in 1975: 18. Ter vergelijking: voor Engeland is het laatste getal 42, voor Duitsland 71 en voor de Verenigde Staten 95. Sinds 1975 verbeterde de situatie niet. Zo was het budget voor vervanging en vernieuwing van dure apparatuur bij de V.U. in 1971: MFl 5,2 en in 1980: MFl 5,9. Hier is geen inflatie correctie toegepast, (zie bijlage). Nu zal men zeggen: ja maar de zestiger jaren kenmerkten zich door groei, bouw en inrichting van nieuwe laboratoria. Dat is ook zo maar het aantal studenten in genoemde vakken steeg nog verder en de toen gekochte apparatuur verouderde, is dus aan vervanging toe om nog maar te zwijgen van sophistication, en de middelen ontbreken nu. Dit moet leiden tot verlaging van niveau van het onderzoek en dus van de opleiding. De tendens is nu het onderzoek waarvoor de aanschaf van zulke apparatuur nodig is te concentreren in landelijke instituten die weliswaar samenwerken met de universiteiten maar geen onderdeel van die universiteiten zijn, wat met name voor de opleiding in de eerste fase vergaande consequenties heeft. Oplossingen die tussen beide extremen inliggen zijn te prefereren. Ook de overheid blijkt onvoldoende middelen voor grote apparatuur ter beschikking te hebben, gezien de onbegrijpelijke beslissing over het Pampus project, terecht "een gemiste kans" genoemd. De komende jaren zullen de universiteiten zélf - erkennend dat het totale financierings niveau hooguit gelijk zal blijven - zich moeten bezinnen over herverdeling van het beschikbare geld over de verschillende uitgavencategorieën. Een tweede voorbeeld om te illustreren dat de situatie bij het universitaire onderzoek zich wijzigt betreft het aantal promoties. Over de gewenste ontwikkeling, de opbouw etc. van de wetenschappelijke staf, wat hier nauw mee samenhangt, wordt veel geschreven. Binnen de wetenschappelijke staf is er één groep medewerkers met name voor het universitair onderzoek van groot belang. Dit zijn de promotiemedewerkers. Juist zij zijn het die een groot deel van het universitaire onderzoek verrichten en aan dat onderzoek vaak zeer belangrijke impulsen geven. De universiteit dient aan haar leerlingen die zulk een promotie-onderzoek willen en kunnen verrichten in principe die mogelijkheid te bieden. Het is immers 49

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

Jaarboeken | 232 Pagina's

Jaarboek 1980-1981 - pagina 51

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

Jaarboeken | 232 Pagina's