GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 17

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

GESCHIEDENIS DER GEOLOGISCHE WETENSCHAPPEN

9

Lister dacht nog niet modern, integendeel; voor hem waren „these Cockle-like stones (fossiele schelpen uit Engeland) ever as they were at present, Lapides sui generis and never any part of an animal'. (M. Lister, A letter written at York August 25, 1671. Phil. Transactions 76, 1671, p. 2281-2284). Lister gebruikte hen nog niet voor een stratigraphische karakteristiek, waarbij de verschillende fossielen in de lagen dus iets zouden zeggen over hun ouderdom, want hij denkt niet dat deze oorspronkelijk in zee zijn afgezet en dus de onderste de oudste en de hogere de jongere zouden zijn. De gedachte aan een stratigraphische karakteristiek met behulp van de fossielen, waardoor dus lagen en „catastrophale" gebeurtenissen gedateerd kunnen worden, vinden we bij den tijdgenoot van Lister, den mathematicus en natuurphilosooph Robert Hooke (1635-1703) in wiens lecture van 27 Februari 1688 we o.a. lezen : „However trivial a thing a rotten shell may appear to some, yet these monuments of nature are more certain tokens of antiquity than coins or medals, since the best of those may be counterfeited or made by art and design, as may also books, manuscripts, and inscriptions, as all the learned are now sufficiently satisfied has often been actually practised,. .. .; and though it must be granted that it is very difficult to read them (the records of nature) and to raise a chronology out of them, and to state the intervals of the time wherein such or such catastrophes and mutations have happened yet it is not impossible." Een tweede belangrijke gedachte van Hooke is, dat verschillende soorten van dieren en planten vroeger reeds uitgestorven zouden zijn. Ver^ca-iJende schelpen en fossiele skeletten, die men namelijk in Engeland gevonden had, kende men niet in de levende natuur. Hoewel Hooke zich rekenschap geeft van het feit, dat in zijn tijd de vormenkennis nog verre van volledig was, stelt hij toch heel duidelijk de theoretische mogelijkheid en geeft er de verklaring bij, dat dit heel goed gebeurd kan zijn door grote aardbevingen. Want, zegt hij, er zijn dieren, die geen algemene verspreiding hebben en aan bepaalde plaatsen gebonden zijn. Een plaatselijke catastrophe zou dus voldoende zijn om hen te doen uitsterven. Ten derde dient opgemerkt, dat Hooke veiTneldt, dat zeeschildpadden en grote ammonieten, die fossiel in Portland gevonden waren, alleen maar in warmere landen schijnen voor te komen. Hij trekt dus uit de fauna conclusies omtrent het klimaat ten tijde van de afzetting der lagen. Ter verklaring suggereert hij veranderingen in de positie van de rotatie-as van de aarde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 17

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's