1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 73

DE VERSPREIDING VAN KUNSTMATIGE RADIOACTIEVE STOFFEN IN DE BIOSFEER ') door JOH. BLOK De technische ontwikkeling van de laatste decennia heeft onder andere het probleem van de verontreining van het levensmilieu van de mens met schadelijke of hinderlijke afvalprodukten opgeroepen. Vooral water en lucht fungeren hierbij als transportmiddelen. Voorbeelden zijn de vervuiling van de Rijn en de schadelijke rookgassen van hoogovens en andere industrieën. Een regelmatige controle van water en lucht wordt daarom door verscheidene instanties uitgevoerd met al de middelen, die de „gezondheidstechniek" hiervoor ter beschikking heeft. Ook de ontwikkeling der kernenergie vereist een controle op schadelijke afvalprodukten, die in dit geval dikwijls radioactief zijn. Deze controle is een van de taken van de radiologische gezondheidstechniek, die, combinatie van fysica, chemie en biologie, zich steeds meer tot een zelfstandig vak ontwikkelt. De mogelijkheid van verspreiding van radioactieve stoffen via water en lucht ondervindt tegenwoordig een overmatige belangstelling, die waarschijnlijk grotendeels toegeschreven moet worden aan de vrees voor de atoombom. Gedeeltelijk is een speciale belangstelling echter gemotiveerd door het feit, dat de problemen bij radioactieve afvalstoffen in sommige opzichten principieel anders liggen dan bij de eerder bekende afvalprodukten. Ten eerste vormen radioactieve afvalprodukten door hun werking op afstand (straling) een bedreiging voor het personeel van kernenergiebedrijven, waarom men ze van het standpunt van arbeidersbescherming zo snel mogelijk zou wülen kwijtraken. Ten tweede is de radioactiviteit door chemische of biologische processen niet te vernietigen. Hoe nodig het echter is de uiterste voorzichtigheid te betrachten bij verspreiding van radioactieve stoffen, blijkt uit tabel I, waarin de dagelijkse produktie van sommige nucliden *) opgegeven is naast de voor de bevolking toelaatbaar geachte ingestie. 1) Lezing gehouden op de vergadering van de Christelijke Vereniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland op 31 januari 1959 te Amsterdam. *) Onder nuclide verstaat men een atoomsoort, gekenmerkt door massagetal, atoomgetal en energietoestand.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen