1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 233

190

J. LEVER

van de biologische phase gerealiseerd. In de mentale phase was dit echter allerminst het geval en toen een critische waarde werd overschreden, voerde de derde phase naar de huidige mens. En evenals op het eerste doorbreken van het leven een geweldige ontwikkeling volgde, mogen wij verwachten dat ook de mensheid nog vele, momenteel ongekende, mogelijkheden in zich bergt, die in de komende miljoenen jaren tot ontplooiing zullen komen. De rol van de mens wordt nu ook duidelijk: hij is het instrument van de toekomstige evolutie op deze planeet. Het kenmerkende van deze mens is dat hij bewustzijn heeft en begrippen kan vormen en uitwisselen. Het universum is a.h.w. in hem bewust geworden, heeft verstand, fantasie, een wil gekregen. Dat betekent dat de mens de gang van de verdere evolutie in zeer belangrijke mate zelf kan en moet bepalen. Huxley drukt dit kernachtig alsvolgt uit: „It is as if man had been suddenly appointed managing director of the biggest business of all, the business of evolution...." Op welke wijze zal de mens nu in de toekomst evolueren en in welke richting zal dit gaan? Het antwoord op deze vragen komen wij op het spoor, zegt Huxley, door te letten op een verschil en op een overeenkomst tussen de ontwikkeling van de mensheid en die van het planten- en dierenrijk. In de biologische phase divergeerde een nieuw type kort na zijn ontstaan zeer spoedig in vele verschillende soorten. Het splitste zich op in allerlei zeer gevarieerde, onderling gescheiden, biologische eenheden. Dit is echter merkwaardigerwijze bij de mens niet het geval geweest; de mensheid vormt nog heden ten dage één biologische soort. Er heef-t zich echter wel een andere opsplitsing voorgedaan, ditmaal niet op het biologische, maar op het geestelijke en culturele vlak. Ei ontstonden dus niet verschillende „interbreeding groups", maar wel verschillende „interthinking groups", met verschillende wijzen van denken, morele opvattingen, geloofsovertuigingen, kortom met verschillende „noosystems". Huxley is er nu van overtuigd dat de verdere evolutie, die zich, zoals wij zagen, zal afspelen in de menselijke geest, slechts gerealiseerd kan worden wanneer de mensheid er in slaagt tot één enkel noösysteem te komen. De reden van deze mening is, dat men, volgens Huxley, binnen deze noösystemen naar analogie van het lichaam „organen" kan onderscheiden, en dat het centrale orgaan hierin juist gericht is op de rol en de bestemming van de mens in deze wereld. Deze op de toekomst

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen