De Vrije Universiteit na Kuyper - pagina 87
De Vrije Universiteit van 1905 tot 1955, een halve eeuw geestesgeschiedenis van een civitas academica.
Om nu het begrip der analogie fidei aan alle zijden te begrenzen, hebt
gij behalve de analogia contextus en de ook reeds door mij genoemde
analogia revelationis er naast te stellen de analogia sacra scriptume. ...
Die analogia sacra scripturae completeert dan de analogia contextus en
fidei. Zij kiest niet enkel de hoofdgedachten der Schrift als basis, ook
niet de afzonderlijke deelen der Schrift, maar de Schrift in haar gansche
uitgebreidheid. Zij onderstelt, dat de Schrift tot in haar duistere plaatsen
toe aan de hand van de beide andere analogiae tot op zekere hoogte is
onderzocht en verklaard.
Ubbink ontdekte bij Hepp een te grote liefde tot het systeem en
vreesde de volkomen onderwerping van de exegese aan de dogma-
tiek. Hij schreef over 'den angst n.1. van met dezen regel in een
stelsel opgesloten te zijn; een stelsel te dienen instee van de
waarheid; en zoo in ons Gereformeerd geloof slechts een stelsel, en
niet de waarheid te bezitten.' Ubbink had hiermee het fijne puntje
aan de orde gesteld.
Na Kuyper en Bavinck werd Hepp de derde dogmaticus aan de
VU. Als de dogmatiek de exegese onderwierp, en de Schrift
vervolgens normatief voor de wetenschap was, kreeg Hepp de
sleutel tot alle christelijke wetenschap in handen. Met die pretentie
trad Hepp op: de wetenschap onderworpen aan de Schrift, en deze
te kermen door de exegese, die van de dogmatiek moet uitgaan,
zodat de dogmaticus het laatste woord heeft.
Greydanus, Ubbink en Hepp promoveerden alle drie bij
Bavinck. Toen ook H.W. (van der Vaart) Smit bij Bavinck
promoveerde, protesteerde Ubbink heftig. Evenals bij De Hartog
zag hij bij (Van der Vaart) Smit een synthese met de Duitse
filosofie en zijn 'zoo uitgesproken synthetische dissertatie' had de
VU niet mogen toelaten.
Ubbink had weer goed gezien, want later zou Van der Vaart
Smit als gereformeerd predikant de synthese met het Duitse
nationaal-socialisme verdedigen. J.J. Buskes kende hem als
studiegenoot al vele jaren 'als een van de meest gevaarlijke lieden',
'een zeer begaafd, maar volstrekt gewetenloos man'. 'Vanaf zijn
studententijd was Van der Vaart Smit', schreef Buskes, 'een
deugniet, die liegen kon dat hij zwart zag'. Maar de eerste twintig
jaar na zijn promotie deed Van der Vaart Smit nog volop mee als
gereformeerd predikant in vele theologische en filosofische discus-
sies.
83
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987
Publicaties VU-geschiedenis | 460 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987
Publicaties VU-geschiedenis | 460 Pagina's