GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 33

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 33

De geschiedenis van het Paedologische Instituut in Amsterdam 1931-1989

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

siteit. In zijn rapport, in de zomer van 1941 gemaakt,

noemde hij de hoogleraren Waterink en mr. J. Oranje ge-

vaarlijke 'anti mensen'. Deze houding van Waterink heeft er

ongetwijfeld ook toe geleid dat hij zich bijzonder inspande

voor degenen die het meest direct te lijden hadden van de

Duitse bezetting, te weten de Joden.

In het zesde deel van prof. dr. L. de Jongs werk 'Het Ko-

ninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog' valt

te lezen dat op een bepaald ogenblik een kwart van de kin-

deren in het p.i. joodse onderduikertjes waren. Het hoofd

van de Sicherheitsdienst in Amsterdam, H. C. C. Blumen-

thal, was hiervan op de hoogte maar gelukkig nam hij geen

maatregelen.

V D E MAGERE J A R E N

1946-1957

Na de oorlog breken er moeilijke tijden aan voor het p.i.

Dit had een aantal oorzaken. De eerste oorzaak was dat het

instituut in de oorlog, om het hoofd boven water te hou-

den, flink wat geld had moeten lenen. Zo had Waterink van

een bekende Amsterdamse zelfstandige ondernemer twin-

tigduizend gulden geleend. Op zich geen ramp, totdat de

man na de oorlog zelf krap kwam te zitten en graag het geld

terug wilde hebben. Het zou tot aan het eind van de jaren

vijftig duren voordat de schuld was afgelost.

Een tweede oorzaak was dat de kinderen die het p.i. na

de oorlog bezochten, de zgn. 'Justitie-kinderen', de voor-

naamste bron van inkomsten waren. Deze kinderen, vaak

door kinderrechters of voogdij verenigingen in het instituut

geplaatst, leverden het P.i. onvoldoende geld op, aangezien

de vergoeding die Justitie voor hen betaalde, geen vetpot te

noemen was. Justitie betaalde bovendien de eerste drie

31

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 33

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's